Gedichten

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Gedichten

Gedichten

Weekend
Vrijdagmiddag, heerlijk gevoel
Dag werk, laat nu even de boel de boel
Er staat een weekend voor de deur
Zuurvlees in de pan, heerlijke geur

De weersvoorspellingen bijzonder goed
Aardbeien in huis, zo zoet
Kinders en manlief gezellig thuis
Kan genieten van zo'n vol huis

Nog niks gepland het hele weekend open
Wat fietsen, stukje lopen?
Tevreden zittend met mijn benen hoog
We houden het dit weekend droog

Wat gaan we doen vandaag?

-Lesdoelen

-Samen kenmerken van gedichten     benoemen

-Korte instructie over soorten rijm

-Opdracht maken (zelfstandig)

-Nakijken samen

Lesdoelen:

Aan het einde van de les weten/kunnen jullie:

• Wat voor soorten rijm er zijn
• Hoe je verschillende rijm kan herkennen 

Noem kenmerken van gedichten.

Soorten Rijm 

Klankrijm:  veel woorden in het gedicht hebben dezelfde klinkers

Eindrijm: de laatste woorden van de zinnen rijmen op elkaar

Beginrijm: veel woorden in het gedicht beginnen met dezelfde letter

Oogrijm: het lijkt alsof de woorden rijmen, maar als je het hardop leest, dan klopt de rijm niet.

Waar herken je klankrijm aan?

1. Laatste woorden van de zin rijmen op elkaar
2. Dezelfde klinkers
3. Veel woorden beginnen met dezelfde letter
4. Het lijkt alsof de woorden rijmen, maar dat is niet zo

Waar herken je eindrijm aan?

1. Veel woorden beginnen met dezelfde letter
2. Het lijkt alsof de woorden rijmen, maar dat is niet zo
3. Dezelfde klinkers
4. Laatste woorden van de zin rijmen op elkaar

Waar herken je beginrijm aan?

1. Dezelfde klinkers
2. Laatste woorden van de zin rijmen op elkaar
3. Het lijkt alsof de woorden rijmen, maar dat is niet zo
4. Veel woorden beginnen met dezelfde letter

Waar herken je oogrijm aan?

1. Het lijkt alsof de woorden rijmen, maar dat is niet zo
2. Dezelfde klinkers
3. Laatste woorden van de zin rijmen op elkaar
4. Veel woorden beginnen met dezelfde letter

Wat is de opdracht:

• Iedereen krijgt een blad met 4 gedichtjes


• Lees de gedichten alleen en geef aan welke rijm bij welk gedicht hoort.   Leg ook uit waarom.
• Klaar? Bespreek dan met je buurman jullie antwoorden
• Als iedereen klaar is bespreken we samen de opdracht
• Tijd? Jullie hebben 15 min 

Evaluatie

Wat hebben we geleerd vandaag? 

• Jullie weten wat voor soorten rijm er zijn
• Jullie kunnen de verschillende soorten rijm herkennen. 
• Vragen??