Management: organisatievormen en -structuren

Welkom bij management
BBL Retail specialisten en -managers
jaar 1
1 / 27
next
Slide 1: Slide
RetailMBOStudiejaar 1

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Welkom bij management
BBL Retail specialisten en -managers
jaar 1

Slide 1 - Slide

Welke management onderwerpen zou je graag uitgediept zien?

Slide 2 - Open question

Doel van de lessen
Na het volgen van deze module hebben jullie kennis en inzichten opgebouwd hoe een bedrijf/organisatie opgebouwd kan worden. 
Welke organisatiestructuur past bij welke type organisatie? 
Welk type leiderschap en managementstijl past daarin? 
Wat maakt dat je bij het ene bedrijf een totaal andere manier van organisatieopbouw tegenkomt dan bij het andere bedrijf?
Welke vormen van organisatiestructuren zijn er? 
Wat zijn de voordelen en de nadelen van deze structuren?


Slide 3 - Slide

Afronden van de lessen
  • Active deelname aan de lessen
  • Inleveren van lesopdrachten
  • Kennis gebruiken in PBV examens 

Slide 4 - Slide

Opbouw les 1
Welke bedrijfsvormen zijn er.
Wat is een organisatiestructuur.
Hoe ziet jou organisatiestructuur eruit.

Slide 5 - Slide

Een organisatie die producten of diensten aanbiedt met het doel om er winst mee te maken, is een bedrijf. Welke bedrijfsvormen zijn er in Nederland?

Slide 6 - Open question

Organisatiestructuur 
De meeste organisaties in de retail zijn bedrijven (= ondernemingen).

Een organisatie structuur is de wijze waarop taken binnen een organisatie zijn verdeeld.
Het heeft te maken met de verdeling van de activiteiten over afdelingen en de taken van de werknemers. 

Filmpje over het ontstaan opbouwen van een organisatiestructuur.  

 

Slide 7 - Slide

Aan het werk
  • Ga in groepjes (max 5 studenten)  deze opdracht maken.
  • Kies van een van jullie het bedrijf om uit te diepen.
  • Maak een organigram (een schematische voorstelling van een organisatie) van dit bedrijf. 
  • In de structuur wordt ook de extra ondersteuning vanuit het hoofdkantoor meegenomen. 

  • Presenteer voor de klas als groepje de gemaakt structuur. 

 


Slide 8 - Slide

Lijnorganisatie
Organigram - een schematische voorstelling van een organisatie.

Verticale lijnen: de hiërarchie tussen een hogere en een lagere functie
Horizontale lijnen: functies of afdelingen op dezelfde hoogte staan.

Slide 9 - Slide

Lijn- staforganisatie

Slide 10 - Slide

Projectorganisatie

Slide 11 - Slide

Matrixorganisatie

Slide 12 - Slide

Opbouw les 2
management lagen
missie
visie
bedrijfsdoelstellingen
bedrijfsculturen




Slide 13 - Slide

management lagen 

Slide 14 - Slide

management niveau:  
  1. strategisch management
  2. tactisch management
  3. operationeel management.

Slide 15 - Slide

strategisch management

  • het openen van een nieuwe vestiging
  • het afstoten van bedrijfsonderdelen
  • bedrijfssanering
  • fusies en overnames
  • omzetgroei
  • nieuwe koers
  • andere producten en afzetmarkten

Slide 16 - Slide

tactisch management  
  • vestigings- of afdelingsbudgetten
  • omzetdoelen
  • kostenbesparing
  • personeelsbeleid
  • promotiebeleid

Slide 17 - Slide

operationeel management  
  • werkplanning
  • inzet personeel
  • klantbenadering
  • huisregels

Slide 18 - Slide

missie visie en doelstelling

Slide 19 - Slide

voorbeeld: Daily Paper
Visie: Daily Paper streeft ernaar om een wereldwijd erkend mode- en lifestylemerk te zijn dat de Afrikaanse cultuur en erfgoed viert, terwijl het innovatie en creativiteit in de mode-industrie bevordert.
  

Missie: Daily Paper wil door middel van kleding en accessoires verhalen vertellen die zijn geworteld in het Afrikaanse erfgoed, en tegelijkertijd een platform bieden voor zelfexpressie en inspiratie voor een diverse en inclusieve gemeenschap.

Doelstellingen:
Uitbreiding van het assortiment: Binnen twee jaar wil Daily Paper haar productlijn uitbreiden met nieuwe categorieën zoals schoenen en lifestyleproducten.
Globalisatie: Het merk wil binnen drie jaar haar aanwezigheid vergroten in internationale markten door middel van fysieke winkels en samenwerkingen met wereldwijde retailers.
Community engagement: Het merk wil jaarlijks minstens vijf gemeenschapsprojecten of evenementen organiseren die gericht zijn op het bevorderen van cultuur, educatie en creativiteit in samenwerking met lokale en internationale partners.


Slide 20 - Slide

organisatie cultuur  
Om een organisatie goed te leiden, moet rekening worden gehouden met de cultuur. 


bottom up
De medewerkers hebben hierbij veel eigen verantwoordelijkheid.
Hoe meer iedereen een eigen verantwoordelijkheid heeft, hoe meer de macht gespreid is. 

top down
Bij top down houdt het hoger management alle macht in handen. De machtsspreiding is dan heel laag, de directie neemt alle beslissingen.


Slide 21 - Slide

organisatie cultuur  









Samenwerking is de mate waarin de medewerkers en afdelingen met elkaar samenwerken.
Machtsspreiding is de mate waarin het hoger management de macht deelt met de medewerkers.

Slide 22 - Slide

rollencultuur  
In de rollencultuur is het heel belangrijk voor medewerkers om zich te houden aan afspraken, procedures en regels. Daardoor is de samenwerkingsgraad laag. Status speelt een grotere rol dan prestaties en de hiërarchie is duidelijk. De machtsspreiding is ook laag; de macht is top down verdeeld. Deze cultuur zie je bijvoorbeeld bij grote organisaties of bij organisaties waarbij het belangrijk is dat de producten of diensten aan specifieke eisen voldoen.

Slide 23 - Slide

taakcultuur  
In de taakcultuur gaat het om de prestatie. Het leveren van prestaties is belangrijker dan de regels. Deze cultuur zie je in organisaties die snel veranderen. Medewerkers zijn professioneel, flexibel en oplossingsgericht. Daardoor is de samenwerkingsgraad hoog. De samenwerking is vaak in projectvorm en de macht ligt verspreid over de hele organisatie. De machtsspreiding is hoog; de macht is bottom up verdeeld.

Slide 24 - Slide

personencultuur  
In de personencultuur wordt de mens als belangrijkste succesfactor voor het bedrijf gezien. Als medewerkers centraal staan haal je het beste uit hen en dit komt ten goede aan de winst. Je investeert bijvoorbeeld veel in de ontwikkeling van je medewerkers en houdt bij het verdelen van de werkzaamheden rekening met hun kennis. Daardoor is de samenwerkingsgraad laag. De machtsspreiding is hoog; de macht is bottom up verdeeld.

Slide 25 - Slide

machtscultuur  
In de machtscultuur ligt de macht bij één topfiguur. Deze cultuur zie je vaak in startende organisaties. De ondernemer heeft een bedrijf opgericht, de medewerkers hebben daarbij geholpen en zijn heel trouw aan de leider, het bedrijf en elkaar. Individuele prestaties en samenwerking zijn belangrijk. De samenwerkingsgraad is hoog. De machtsspreiding is laag; de macht is top down verdeeld.

Slide 26 - Slide

Aan het werk
  • In teams staat een nieuwe opdracht klaar voor vandaag.
 


Slide 27 - Slide