Begeleiding periode 5, week 2

Begeleiding/studievaardigheden
Week 2
1 / 16
next
Slide 1: Slide
BegeleidingMBOStudiejaar 2

This lesson contains 16 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Begeleiding/studievaardigheden
Week 2

Slide 1 - Slide

Lesplan
  • Stage, omschrijf je stageplek
  • POP & PAP
  • DO's en DONT's 
  • Waarden
  • Identiteit
  • Vorig schooljaar
  • Jouw vaardigheden 
  • Hoe zie jij jezelf als stagiaire? 
  • Evaluatie 

Slide 2 - Slide

Maak 1 word document

Slide 3 - Slide

Omschrijf je stageplek
  • Instelling
  • Doel en visie van de instelling
  • Groep/afdeling waar je stageloopt
  • Diagnoses/aandoeningen 
  • Eerste indruk (hoe ziet het eruit, voel jij je op je gemak, hoe gaan de daar met elkaar om?)

Slide 4 - Slide

POP en PAP 
POP = is je persoonlijk leerdoel
PAP = is de manier hoe je het leerdoel gaat behalen

Slide 5 - Slide

Jouw doelen
  • Welke 3 doelen had jij eind vorig jaar?
  • Heb jij dit besproken met je stagebegeleider? 
  • Wat heb je afgesproken met elkaar?

Slide 6 - Slide

Geschreven en ongeschreven regels
Do's                                                                                           Dont's

Slide 7 - Slide

Waarden
Welke waarden zijn belangrijk voor een verpleegkundige/verzorgende?

Beschrijf er minimaal 4 met een voorbeeld.
Gebruik de beroepscode van de V&VN


Slide 8 - Slide

Persoonlijke waarden
Welke waarden zijn voor jou persoonlijk belangrijk en waarom?

Slide 9 - Slide

Waarden vergelijken
Vergelijk de waarden van de verpleegkundige/verzorgende met jouw waarden. Welke verschillen en overeenkomsten zie je?

Slide 10 - Slide

Identiteit
Vorig schooljaar heb je les gehad over identiteit en het ‘zelf’. Wat kun je je daar nog van herinneren?

Slide 11 - Slide

Het ‘zelf’ en de identiteit kan je het beste zien als een wolk van kenmerken en kwaliteiten. 
Het ‘zelf’ is groter dan je identiteit; het bevat al je zelfkennis: wat voor soort persoon ben je? Welke talenten heb je? Dit is de verzameling van alle talenten en kenmerken die je in je hebt.
Je zet echter niet al je talenten en kenmerken in, dit verschilt per situatie. Je identiteit is alle kenmerken en talenten die je wel inzet; dat wat je wil laten zien en wie je wil zijn. 
Naast je identiteit heb je ook een professionele identiteit. Manon Ruijters (2018) geeft als definitie van een professionele identiteit: datgene wat jou je kleur geeft; wie je bent, het werk dat jij doet en waar je je werk uitoefent. 
Je professionele identiteit is wie je bent in je werk/stage. Het bevat je waarden, mening, vaardigheden en houding die je meeneemt naar je werk/stage. Je professionele identiteit is het geheel van je kennis, je vaardigheden, waarden en persoonlijke kenmerken die je in je werk/stage gebruikt.

Slide 12 - Slide

Vorig schooljaar
Als je denkt aan vorig schooljaar: welke kennis heb je opgedaan? (Tip: kijk in Sqill; de onderwijscatalogus)

Welke vaardigheden heb je ontwikkeld?

Slide 13 - Slide

Opdracht

Stel je zit in de jury van de uitreiking van de prijs uitreiken voor de allerbeste verzorgende/verpleegkundige van Nederland: waar ga jij op letten? Wat moet diegene kennen, kunnen en doen om deze prijs van jou te krijgen?

Slide 14 - Slide

Zelfkennis
  • Hoe zie jij jezelf als stagiaire/ (aankomend)verzorgende/ (aankomend)verpleegkundige?
  • Welk gedrag is voor jou kenmerkend?
  • Stel dat je aan een collega zou vragen: wat voor stagiair ben jij? Wat zou je collega vertellen?
  • Vind jij dat je in aanmerking komt voor de prijs? (Waarom wel/niet?)

Slide 15 - Slide

Evaluatie
1.Schrijf drie dingen op die je deze les hebt geleerd?
2.Wat vond je het meest interessante van de les? (Leg je antwoord uit)
3.Kan je een situatie bedenken waarin je de geleerde informatie zou kunnen toepassen?
4.Welke vragen heb je nog na deze les?

Slide 16 - Slide