What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Grammaire: regelmatige werkwoorden op -er
1 / 42
next
Slide 1:
Slide
frans
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1
This lesson contains
42 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
20 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
https://player.vimeo.com/video/333118677
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Écoute le verbe donner (geven).
Omcirkel
(in je boek, 16c, pagina 73)
de
letters die er niet bij horen.
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Wat is de stam van het volgende werkwoord? commencer (= beginnen)
Slide 10 - Open question
A. Je
B. Vous
C. Elles
D. Tu
marche
marchez
marches
marchent
Slide 11 - Drag question
(regarder)
hij kijkt
A
il regarde
B
il regardes
C
il regardent
D
il regardee
Slide 12 - Quiz
(jouer)
Ik speel
A
Je joues
B
Je jouer
C
Je joue
D
Je jou
Slide 13 - Quiz
(écouter)
jij luistert
A
tu écoute
B
tu écoutes
C
tu écoutees
D
tu écoutent
Slide 14 - Quiz
(donner)
jullie geven
A
vous donner
B
vous donnez
C
vouz donnez
D
vous donnee
Slide 15 - Quiz
(donner)
jullie geven
Slide 16 - Open question
(habiter)
jij woont
Slide 17 - Open question
(écouter)
ik luister
Slide 18 - Open question
(chanter)
zij zingt
Slide 19 - Open question
Monsieur, (houdt u van) le football?
(aimer)
Slide 20 - Open question
Nathalie et Sophie, (zij zijn dol op) le chocolat?(adorer)
Slide 21 - Open question
Slide 22 - Slide
Slide 23 - Slide
https://player.vimeo.com/video/333118677
Slide 24 - Slide
Slide 25 - Slide
Écoute le verbe donner (geven).
Omcirkel
(in je boek, 16c, pagina 73)
de
letters die er niet bij horen.
Slide 26 - Slide
Slide 27 - Slide
Slide 28 - Slide
Slide 29 - Slide
Slide 30 - Slide
Wat is de stam van het volgende werkwoord? commencer (= beginnen)
Slide 31 - Open question
A. Je
B. Vous
C. Elles
D. Tu
marche
marchez
marches
marchent
Slide 32 - Drag question
(regarder)
hij kijkt
A
il regarde
B
il regardes
C
il regardent
D
il regardee
Slide 33 - Quiz
(jouer)
Ik speel
A
Je joues
B
Je jouer
C
Je joue
D
Je jou
Slide 34 - Quiz
(écouter)
jij luistert
A
tu écoute
B
tu écoutes
C
tu écoutees
D
tu écoutent
Slide 35 - Quiz
(donner)
jullie geven
A
vous donner
B
vous donnez
C
vouz donnez
D
vous donnee
Slide 36 - Quiz
(donner)
jullie geven
Slide 37 - Open question
(habiter)
jij woont
Slide 38 - Open question
(écouter)
ik luister
Slide 39 - Open question
(chanter)
zij zingt
Slide 40 - Open question
Monsieur, (houdt u van) le football?
(aimer)
Slide 41 - Open question
Nathalie et Sophie, (zij zijn dol op) le chocolat?(adorer)
Slide 42 - Open question
More lessons like this
Grammaire: regelmatige werkwoorden op -er
November 2022
- Lesson with
21 slides
frans
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1
3M-09-09-24
September 2024
- Lesson with
28 slides
Frans
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
Brugklas - les verbes réguliers en -ER
December 2020
- Lesson with
16 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Brugklas - les verbes réguliers en -ER
November 2022
- Lesson with
17 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Brugklas - les verbes réguliers en -ER
February 2023
- Lesson with
19 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Les verbes réguliers en -ER - de regelmatige werkwoorden op -ER
December 2023
- Lesson with
20 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Brugklas - les verbes réguliers en -ER
November 2022
- Lesson with
18 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
6/12
November 2023
- Lesson with
16 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1