8.4 telling stories

8,4 telling stories
1 / 32
next
Slide 1: Slide
EngelsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

8,4 telling stories

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Goals
- You know the difference between the past simple and the past continuous
- But first, recap!

Slide 3 - Slide

She is watching tv
A
present simple
B
present continuous

Slide 4 - Quiz

She watches a lot of tv
A
present simple
B
present continuous

Slide 5 - Quiz

Past simple
We gebruiken de past simple om aan te geven dat iets in het verleden is gebeurt. 

- He played the guitar a lot when he was younger
- He got defeated by a 9-year-old at Fortnite

Slide 6 - Slide

Past simple
Voor regelmatige werkwoorden plakken we -ed achter het werkwoord. Play>played, defeat>defeated.


- He played the guitar a lot when he was younger
- He got defeated by a 9-year-old at Fortnite

Slide 7 - Slide

Past simple
Let op! Eindigt het werkwoord op -e? Plak er dan alleen een -d achter.
To love>loved.

Heeft het werkwoord 1 lettergreep en een korte klinker voor een medeklinker, verdubbel dan de medeklinker!

To shop> shopped
To cook> ............?
To plan> ............?





Slide 8 - Slide

Past simple
Let op! Eindigt het werkwoord op -e? Plak er dan alleen een -d achter.
To love>loved.

Heeft het werkwoord 1 lettergreep en een korte klinker voor een medeklinker, verdubbel dan de medeklinker!

To shop> shopped
To cook> cooked
To plan> planned





Slide 9 - Slide

Past simple
Eindigt het werkwoord op een medeklinker+-y? Dan verandert de y in -ie.

To try>tried
To play>played

Heeft het werkwoord twee of meer lettergrepen en ligt de klemtoon op de laatste lettergreep? Verdubbel dan de medeklinker.
To per.MIT> permitted
To overlap>overlapped 

Slide 10 - Slide

Past simple
Vaak kun je een zin ook in de verleden tijd zetten door het werkwoord 'to be' te gebruiken.

I was very proud of my Victory Royale.
You were very proud of your Victory Royale.
He/She/It was very proud of his/her/its Victory Royale.
We were very proud of our Victory Royale.
You were very proud of your Victory Royale.
They were very proud of their Victory Royale.




Slide 11 - Slide

Asking question using the past simple
Wanneer we een vraag willen stellen met de past simple gebruiken we 'did'+ (onderwerp) + (werkwoord)

Did you kill him?
Did we leave the stove on?
Did she do her homework?

Slide 12 - Slide

Asking question using the past simple
Met het werkwoord 'to be' kunnen we ook een vraagzin maken. Het enige wat je hoeft te doen is deze vooraan te zetten, net als in het Nederlands.

Peter was happy/Peter was blij.
Was Peter happy?/Was Peter blij?

Slide 13 - Slide

He (to poke) the body with a stick

Slide 14 - Open question

He (to pack) his bag last night

Slide 15 - Open question

He (to beg) him for mercy

Slide 16 - Open question

She (to book) a trip to the States

Slide 17 - Open question

She (to delay) the race

Slide 18 - Open question

He (to deny) him access to the building

Slide 19 - Open question

She (to be) very angry with him

Slide 20 - Open question

(you, doing) the laundry?

Slide 21 - Open question

Past continious
Lijkt ongelofelijk veel op de present simple, echter geeft deze aan dat iets in het verleden aan de gang was.
Hoe maak je deze? Je pakt de verleden tijd van het werkwoord 'to be', en plakt -ing aan het werkwoord dat erachter komt. Iets wat je al eerder hebt gedaan!

De past continous komt vaak voor in combinatie met de past simple!




Slide 22 - Slide

Past continious

Slide 23 - Slide

Past continuous
Een actie in het verleden wordt onderbroken. Let op, hier gebruik je vaak de past continuous en de past simple tegelijk!

Henry was playing the guitar when his mother came in.
When we arrived he was having a bath.
They were sleeping peacefully until the alarm rang. 


Slide 24 - Slide

Past continuous
We gebruiken ook de past continuous als we het hebben over een specifieke tijd, maaaaaar.... alleen als de activiteit al is begonnen voor deze tijd.

At midnight, everyone at the party was still having fun. 
At midnight, everyone at the party began to have some fun. 



Slide 25 - Slide

Past continuous
Gebruiken we ook wanneer we het hebben over gewoontes(habits) van vroeger.

As a baby, my brother was always making a mess. 
My first year of college, I was making spelling mistakes all the time. 


Slide 26 - Slide

Soerya (to write) her internship report when I called.

Slide 27 - Open question

She (to live) in London a long time ago.

Slide 28 - Open question

It (to snow) when I drove away from home.

Slide 29 - Open question

(to be) they (proud) of me when I won the World Championship?

Slide 30 - Open question

When the fire started, I (to watch) television

Slide 31 - Open question

Homework
8.4: ex. 3 + 4 + extra grammar 29 + extra exam exercise (speaking)

Slide 32 - Slide