241126 Werkwoordspelling §10 + Gramm WS HV1

Welkom H2a!
Deze spullen heb ik nodig:

  • pen
  • iPad
1 / 19
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

Welkom H2a!
Deze spullen heb ik nodig:

  • pen
  • iPad

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?
  • Stil lezen (10 minuten)
  • Engelse werkwoorden §10 (40 minuten)
  • Quiz grammatica woordsoorten klas 1 (20 minuten)
  • Evaluatie (5 min)
timer
10:00

Slide 2 - Slide

Leerdoel

Ik kan Engelse leenwerkwoorden op de juiste manier spellen.

Slide 3 - Slide

Werkwoordspelling §10
Engelse werkwoorden vervoegen.

  • Dit doe je gewoon op de Nederlandse manier!

Slide 4 - Slide

Wat gaan we doen?
  • Stil lezen (10 minuten)
  • Engelse werkwoorden §10 (40 minuten)
  • Quiz grammatica woordsoorten klas 1 (20 minuten)
  • Evaluatie (5 min)

Slide 5 - Slide

Een paar voorbeelden:
Speechen:
Ik speech - hij speecht - wij speechen
Ik speechte - hij speechte - wij speechten

Zappen:
Ik zap - hij zapt - wij zappen
Ik zapte - hij zapte - wij zapten

Daten:
Ik date - hij datet - wij daten
Ik datete - hij datete - wij dateten
  1. Softballen
    Ik softbal - hij softbalt - wij softballen
    Ik softbalde - hij softbalde - wij softbalden
     
  2. Baseballen
    Ik baseball - hij baseballt - wij baseballen
    Ik baseballde - hij baseballde - wij baseballden 

Slide 6 - Slide

Hij ...... (downloaden, pvtt) de foto.

Slide 7 - Open question

De kok heeft de groente .... (grillen).

Slide 8 - Open question

Oefenen
Maak online:
Cursus 7 §10 > Engelse werkwoorden opdracht 2 t/m 5

Houd je spiekbrief erbij: Bepaal eerst de VORM, daarna de SPELLING

Klaar? Geen vragen?
Lees verder uit je boek!

Hoe: Eerst zelfstandig, daarna in overleg
Wat: werkblad + spiekbriefje




timer
15:00

Slide 9 - Slide

De / kleine / jongen / fietst / vandaag. 


De kleine jongen / fietst / vandaag

onderwerp
persoonsvorm
bijwoordelijke 
bepaling
lidwoord
bijvoeglijk naamwoord
zelfstandig naamwoord
bijwoord
zelfstandig werkwoord
ZINSONTLEDING
WOORDBENOEMING
werkwoordelijk gezegde

Slide 10 - Slide

Je moet ook nooit Cola drinken bij de computer.

drinken =

Slide 11 - Open question

Je moet ook nooit Cola drinken bij de computer.

je =

Slide 12 - Open question

Je moet ook nooit Cola drinken bij de computer.

ook =

Slide 13 - Open question

Je moet ook nooit Cola drinken bij de computer.

bij =

Slide 14 - Open question

Je moet ook nooit Cola drinken bij de computer.

nooit =

Slide 15 - Open question

Volgens mij word jij beïnvloed door jouw vrienden.

mij =

Slide 16 - Open question

Volgens mij word jij beïnvloed door jouw vrienden.

jouw =

Slide 17 - Open question

In hoeverre ken jij de woordsoorten: olw, blw, zn, bn, ww?
😒🙁😐🙂😃

Slide 18 - Poll

Wat gaan we doen?
  • Stil lezen (10 minuten)
  • Engelse werkwoorden §10 (40 minuten)
  • Quiz grammatica woordsoorten klas 1 (20 minuten)
  • Evaluatie (5 min)

Slide 19 - Slide