Heupfracturen

Heup
1 / 31
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 10 min

Items in this lesson

Heup

Slide 1 - Slide

Inhoud
  • Voorkennis/ervaringen
  • Vallen
  • Fracturen van de heup
  • Behandelingen
  • Werken aan werkkaart

Slide 2 - Slide

Leerdoelen
- De student  legt uit welke heupfracturen er bestaan.

- De student benoemt de oorzaken, symptomen, diagnosestelling, behandeling en complicaties bij heupfracturen.

- De student zet verpleegkundige interventies in bij heupfracturen.


Slide 3 - Slide

Wat zijn jullie ervaringen met fracturen?

Slide 4 - Open question

Wat zijn de meest voorkomende fracturen bij ouderen?

Slide 5 - Open question

Slide 6 - Slide

Wat zijn signalen waardoor een zorgvrager kan vallen?

Slide 7 - Mind map

Valrisico-test

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Soorten fracturen
* Traumatisch fractuur, ontstaat door kracht van buitenaf zoals bv bij een ongeluk of tijdens sporten.
* Spontane fractuur, ontstaat door ziekte, bv door zwakte van het bot.
* Stress fractuur, een scheurtje in het bot, bv in de voet. Vaak erg pijnlijk.

Slide 10 - Slide

Fracturen van de heup 1
Dijbeenhalsbreuk (collumfractuur)
De breuk zit in de hals van de heup ongeveer 2,5 tot 5 cm. van de heupkop af. De breuk ligt
binnen het gebied van het kapsel van de heup. Hierdoor kan de bloedvoorziening naar de
afgebroken kop in gevaar komen. De kop van heup kan hierdoor afsterven.

Slide 11 - Slide

Fracturen van de heup 2
Breuk in de verdikkingen van de heupkop (pertrochantere fracturen) 
Deze breuk zit in het dikste deel van de heup. Vaak bestaat de breuk uit meerdere delen.

Slide 12 - Slide

Fracturen van de heup 3
Breuk onder het dikste deel van de heupkop (subtrochantere fracturen) 
Een breuk in dit gebied komt minder vaak voor.

Slide 13 - Slide

Fracturen 
Gebroken bovenbeen (femurfractuur)
Deze breuk zit in het bovenbeen en kan hoog of laag in het bovenbeen zitten

Slide 14 - Slide

Hoe herken je een gebroken heup?

Slide 15 - Open question

Wat is een gedislokeerde heupfractuur?
A
stabiele fractuur
B
volledige botbreuk
C
verplaatsing van de beenstukken tegenover elkaar na een fractuur
D
heupstukken zitten nog aan elkaar

Slide 16 - Quiz

Waarom hebben vrouwen vaker een heupfractuur dan mannen?
A
Vrouwen vallen vaker
B
Mannen hebben sterkere gewrichten
C
Vrouwen hebben meer last van botontkalking
D
Mannen slikken meer Vitamine D

Slide 17 - Quiz

Hoe lang gaat een heupprothese mee?
A
1 tot 5 jaar
B
10 tot 20 jaar
C
20 tot 25 jaar
D
5 tot 10 jaar

Slide 18 - Quiz

Hoe herken je een heup fractuur?
A
het been is naar binnen gedraaid
B
been van de gebroken heup is dikker
C
het been met de gebroken heup lijkt verkort
D
de heup kan maar op één plek gebroken zijn

Slide 19 - Quiz

Waarom wordt de eerste 6 weken na de operatie dagelijks fraxiparine toegediend?
A
Voor de pijn
B
Voorkomen van trombose
C
Voorkomen van longembolie
D
Voor een snellere genezing

Slide 20 - Quiz

Hoe groot is het risico van overlijden binnen het jaar na een heupfractuur?
A
tussen de 11 en 22%
B
tussen 22% en 33%
C
tussen de 55 en 66%
D
Tussen de 66 en 76%

Slide 21 - Quiz

                   Behandelingen heupfracturen

Slide 22 - Slide

Behandeling / revalidatie na OK

Slide 23 - Mind map

                     Behandeling 
femurfractuur

Slide 24 - Slide

Heupartrose.



De kwaliteit van het kraakbeen gaat achteruit of kraakbeen verdwijnt zelfs. Geeft veel pijn en bewegen is moeilijk.

Slide 25 - Slide

Oorzaken
Oorzaak van artrose is vaak onbekend.

- Slijtage door ongeval of letsel
- Overgewicht
- Topsporters (overbelasting)
- Veel tillen en traplopen.




Slide 26 - Slide

Symptomen
* Pijn

* Stijfheid

* Bewegingsbeperking

Slide 27 - Slide

Werkkaart
- Werkkaart over het bewegingsstelsel. 
- Eindopdracht authentieke situatie.

Zelfstandig of in groepjes aan de slag.
Gelegenheid tot extra uitleg en/of verdieping door mij.

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Hoe was de les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 30 - Poll

Feedback, tips / tops?

Slide 31 - Mind map