What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Oefenles over geheel Hoofdstuk 8
8.1 Je lichaam werkt
1 / 44
next
Slide 1:
Slide
Biologie
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 2
This lesson contains
44 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
50 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
8.1 Je lichaam werkt
Slide 1 - Slide
Noem 4 orgaanstelsels die samenwerken bij het hardlopen
Slide 2 - Open question
Spierstelsel
Bloedvatenstelselv
Ademhalingsstelsel
Verteringsstelsel
Slide 3 - Drag question
Organen die zowel in borstholte als buikholte liggen zijn
A
slokdarm en aorta
B
luchtpijp, slokdarm en aorta
C
luchtpijp, onderste holle ader
D
slokdarm, bovenste holle ader
Slide 4 - Quiz
welke stoffen hebben we nodig om te kunnen bewegen
A
zuurstof, glucose
B
water, glucose
C
water, zuurstof
D
zuurstof, water, glucose
Slide 5 - Quiz
wat zijn je afvalproducten die ontstaan bij het hardlopen?
A
co2 en zuurstof
B
water en zuurstof
C
glucose en water
D
water en co2
Slide 6 - Quiz
->
-->
koolstofdioxide
water
zuurstof
glucose
energie
Tekst
Slide 7 - Drag question
Via welke 3 organen raken we onze afvalstoffen kwijt?
Slide 8 - Open question
8.2 Je ademt
Slide 9 - Slide
Ribademhaling heet ook wel
A
Middenrifademhaling
B
Borstademhaling
C
Buikademhaling
D
Longademhaling
Slide 10 - Quiz
Waarbij hoort de volgende waarneming:
"De tussenribspieren trekken samen."
A
Inademing bij borstademhaling
B
Uitademing bij borstademhaling
C
Inademing bij buikademhaling
D
Uitademing bij buikademhaling
Slide 11 - Quiz
Wanneer beweegt het middenrif omhoog?
A
Bij inademing door middel van borstademhaling.
B
Bij inademing door middel van buikademhaling.
C
Bij uitademing door middel van borstademhaling.
D
Bij uitademing door middel van buikademhaling.
Slide 12 - Quiz
Sleep de juiste woorden naar de juiste onderdelen van het ademhalingsstelsel.
Luchtpijp
Longblaasje
Bronchie
luchtpijptakje
Long
Slide 13 - Drag question
Uitwisseling van zuurstof en koostofdioxide vindt plaats in de
A
Bronchiën
B
Longblaasjes
C
Longhaarvaten
D
Luchtpijptakjes
Slide 14 - Quiz
Waarom kan je beter ademhalen door je neus dan door je mond? De lucht wordt dan...............(noem 3 dingen)
Slide 15 - Open question
je kunt beter ademhalen door je neus omdat
A
de lucht dan wordt verwarmd
B
je gewaarschuwd wordt voor gevaarlijke stoffen
C
de lucht vochtig gemaakt wordt
D
alle antwoorden zijn goed
Slide 16 - Quiz
Welk van de antwoorden klopt bij het plaatje van het longblaasje?
A
1= zuurstofrijk bloed Q= zuurstof
B
1=zuurstofarm bloed P=zuurstof
C
1=zuurstofrijk bloed P= zuurstof
D
1=zuurstofarm bloed Q= zuurstof
Slide 17 - Quiz
bloed vanaf de cellen, zuurstof arm
bloed naar de cellen, zuurstofrijk
ingeademde lucht, zuurstofrijk
uitgeademde lucht, met veel koolstofdioxide
Slide 18 - Drag question
het hart.
8.3 je bloed vervoert
Slide 19 - Slide
Wat is waar over het bloed?
A
Het bloed vervoert voedingsstoffen.
B
Het bloed vervoert afvalstoffen.
C
Het bloed vervoert zuurstof.
D
A, B en C zijn waar.
Slide 20 - Quiz
Wat is waar over het bloed?
A. Rode bloedcellen vervoeren afvalstoffen
B. Bloedplasma vervoert zuurstof, voedingstoffen en afvalstoffen
A
A is goed B is fout
B
A en B zijn beide goed
C
A is fout B is goed
D
A en B zijn beide fout
Slide 21 - Quiz
Hoe heet de rode kleurstof in je rode bloedcellen?
Slide 22 - Open question
Welke 3 soorten bloedvaten ken je?
Slide 23 - Open question
Tekst
Slagaders
Haarvaten
Aders
Gespierde wand
1 cellaag dik
Sterke wand, weinig gespierd
Vervoert bloed van hart af
Heeft kleppen
Hier s gaswisseling
Slide 24 - Drag question
Hoe noemen we deze bloedvaten?
A
slagaders
B
aders
C
haarvaten
Slide 25 - Quiz
Een bepaald bloedvat heeft een wand die maar een cellaag dik is.
Dit bloedvat is een ...
4
A
ader
B
slagader
C
haarvat
D
kan alle drie
Slide 26 - Quiz
Een bloedvat voert bloed van de aorta naar de nieren. Tot welk type bloedvaten behoort dit bloedvat?
A
Slagader
B
Haarvat
C
Ader
Slide 27 - Quiz
Hiernaast zie je een bloedvat.
Bekijk deze goed.
Wat voor type bloedvat is dit?
A
Ader
B
Slagader
C
Haarvat
Slide 28 - Quiz
het hart.
8.4 Je bloedsomloop
Slide 29 - Slide
Als bloed de GROTE bloedsomloop IN stroomt, dan... (kies 2 antwoorden)
A
is het zuurstof-arm
B
heeft het een blauwe kleur
C
heeft het een rode kleur
D
is het zuurstof-rijk
Slide 30 - Quiz
Als bloed de kleine bloedsomloop IN stroomt, dan... (kies 2 antwoorden)
A
is het zuurstof-arm
B
heeft het een blauwe kleur
C
heeft het een rode kleur
D
is het zuurstof-rijk
Slide 31 - Quiz
Op de afbeelding heten de rode bloedvaten
A
Aorta en longslagaders
B
Aorta en longaders
C
Bovenste holle ader en longaders
D
Bovenste holle aders en longslagaders
Slide 32 - Quiz
Op de afbeelding heten de blauwe onderdelen
A
rechterboezem, rechter kamer en longaders
B
rechterboezem, rechterkamer en longslagaders
C
linkerboezem, linkerkamer en longaders
D
linkerboezem, linkerkamer en longslagaders
Slide 33 - Quiz
Zuurstofarm -
kleine bloedsomloop
Zuurstofrijk -
grote bloedsomloop
Zuurstofrijk -
kleine bloedsomloop
Zuurstofarm -
grote bloedsomloop
Slide 34 - Drag question
Wat wordt er aangewezen met hartonderdeel nummer 2?
A
linkerkamer
B
linkerboezem
C
rechterkamer
D
rechterboezem
Slide 35 - Quiz
Waar zitten de hartkleppen?
A
Tussen de linker - en de rechterhelft van het hart
B
Tussen het hart en de aorta en longslagader
C
Tussen de boezems en kamers in het hart
D
In de aders die naar het hart toelopen
Slide 36 - Quiz
In de afbeelding zie je het hart met enkele bloedvaten.
Sleep de bloedvaten naar de juiste namen.
Kransslagader
Bovenste holle ader
Aorta
Longslagader
Longader
Slide 37 - Drag question
kleine bloedsomloop
grote bloedsomloop
Slide 38 - Drag question
Kleine bloedsomloop
Lichaam
Grote bloedsomloop
Hart
Longen
Slide 39 - Drag question
Kleine bloedsomloop
Grote bloedsomloop
alle organen
longen
zuurstofrijk- zuurstofarm
van linker harthelft naar rechter harthelft
van rechter harthelft
naar linker harthelft
zuurstofarm-zuurstofrijk
Slide 40 - Drag question
Je ziet hier een afbeelding van het bloedvatenstelsel. Wat is de naam van nummer 14
A
aorta
B
beenslagader
C
nierslagader
D
holle ader
Slide 41 - Quiz
Je ziet hier een afbeelding van het bloedvatenstelsel. Wat is de naam van nummer 10
A
aorta
B
beenslagader
C
nierslagader
D
holle ader
Slide 42 - Quiz
Je ziet hier een afbeelding van het bloedvatenstelsel.
Nummer 6 heet
A
darmslagader
B
darmader
C
poortader
D
holle ader
Slide 43 - Quiz
Je ziet hier een afbeelding van het bloedvatenstelsel.
Nummer 7 heet
A
halsslagader
B
halsader
C
bovenste holle ader
D
aorta
Slide 44 - Quiz
More lessons like this
D2BTh4 B2 Je bloedsomloop - lln
April 2019
- Lesson with
36 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo k, g, t, mavo
Leerjaar 2
D2BTh4 B5 Bloedvatenstelsel - lln
April 2019
- Lesson with
36 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo k, g, t, mavo
Leerjaar 2
D2BTh4 B2 Je bloedsomloop - oefenvragen
April 2019
- Lesson with
21 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo k, g, t, mavo
Leerjaar 2
D2BTh4 B5 Bloedvatenstelsel - oefenen
April 2019
- Lesson with
26 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo k, g, t, mavo
Leerjaar 2
5V les 2 10.1 + 10.2 klassikaal
September 2024
- Lesson with
23 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
Les 5: bloedsomloop
December 2021
- Lesson with
32 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
Bs 2 Bloedsomloop met oefenvragen
March 2024
- Lesson with
29 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 4
3 Havo Thema 6 Transport
June 2022
- Lesson with
33 slides
Biologie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4