Les 4: De verlichting Deel II

Protesten tijdens de Arabische Lente 2010-2012
1 / 13
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

This lesson contains 13 slides, with interactive quiz, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Protesten tijdens de Arabische Lente 2010-2012

Slide 1 - Slide

Kenmerkend aspect


27. Rationeel optimisme en ‘’verlicht denken’’ dat werd toegepast op alle terreinen van de samenleving: godsdienst, politiek, economie en sociale verhoudingen


Slide 2 - Slide

Drie politieke nieuwe ideeën
- Rousseau
- John Locke
- Montesquieu 


Wat moet je hiermee doen?
  1. Je moet de 3 verschillende theorien kennen qua inhoud
  2. Je moet de 3 verschillende theorien herkennen in bronnen
  3. Je moet kunnen verklaren waarom deze theorien passen bij de denkwijze van de Verlichting
  4. Je moet kunnen aangeven waarom deze theorien passen bij het ontstaan van de Amerikaanse en Franse Revolutie.


Slide 3 - Slide

Politiek Domein
Uitgangssituatie:
  1. Absolutisme (Lodewijk XIV, Frankrijk)
  2. Koning en ''parlement'' (Engeland)
  3. Verlichte denkers (andere denkwijze) >....
  4. Sociaal contract (John Locke)
  5. Volkssoevereiniteit (Jean-Jacques Rousseau)
  6. Trias Politica (Charles Montesquieu)

Slide 4 - Slide

(1) Sociaal contract
Uitgangssituatie:
Vorst heeft absolute macht door droit divin

Locke
Contract tussen burgers en vorst:
  • Burgers dragen taken over aan vorst
  • Vorst beschermt burgers door wetgeving
  • Als een vorst dit niet goed doet, mag hij afgezet worden
John Locke (1632-1704)

Slide 5 - Slide

(2) Volkssoevereiniteit
Uitgangssituatie:
Vorst heeft absolute macht door droit divin

Rousseau
  • Alle mensen zijn gelijk
  • Soevereiniteit ligt altijd bij het volk
  • De koning mag altijd door het volk worden afgezet
Jean-Jacques Rousseau (1712-1778)

Slide 6 - Slide

Locke en Rousseau
Locke
volk = adel + rijke burgers
(Engeland)

Rousseau
volk = alle burgers
(Frankrijk)
uitgangspunt:
alle mensen zijn gelijk
dus: altijd, volkssoevereiniteit

uitgangspunt:
beperkte groep burgers vormen het volk, koning blijft bovenaan de hierarchie

Slide 7 - Slide

(3) Trias Politica
Idee van Montesquieu
Kenmerken:
- uitvoerende macht (regering)
- wetgevende macht (parlement)
- rechterlijke macht (rechtspraak)

  • DEMOCRATIE

Slide 8 - Slide

Trias Politica
(Driemachtenleer)











Waarom?
Als de drie machten verdeeld zijn en elkaar controleren is de kans op machtsmisbruik het kleinst. 

Slide 9 - Slide

Vraag bij filmpje
Verklaar (met voorbeelden) waarom het logisch is aan de hand van de denkwijze en leefsituatie van Rousseau waarom juist hij de theorie van Volkssoevereinieit heeft bedacht.

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

Verlichte denkers zagen volkssoevereiniteit als alternatief voor
absolute vorsten. Maar wat betekent volkssoevereiniteit?
A
Een kleine groep mensen heeft de macht namens het volk .
B
Het volk heeft de hoogste macht en bepaalt wie de bestuurders zijn.
C
De koning is absoluut vorst
D
Het volk wijst één leider aan dat namens hen gaat besturen.

Slide 12 - Quiz

Slide 13 - Video