week 01 Spelling Les 1

Spelling Les 1
1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Spelling Les 1

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
Je kunt de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd en in de verleden tijd vervoegen.

Slide 2 - Slide

Programma
1. Overzicht grammatica en spelling
2. Instructiefilmpje d / t / dt ?
3. Samen: Nieuw Nederlands H1 opdrt. 2 / 3 / 4 (eerste zinnen)
4. Zelfstandig: afmaken opdrachten 2 / 3 / 4
5. Evaluatie (quiz)

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Nieuw Nederlands H1 opdrt. 2 
1. Met zijn vriendelijke woorden verovert Joep ieder meisjeshart.

2. De brandweer blust het paasvuur, dat te hard brandt.

3. Ik vind dat ons werkstuk best interessant wordt.

Slide 10 - Slide

Nieuw Nederlands H1 opdrt. 3 
1. De storm verwoestte huizen en beschadigde bomen.

2. Antwoordde de verdachte wel, toen je hem verhoorde?

3. Men ontruimde de oude huizen die dreigden in te storten.

Slide 11 - Slide

Nieuw Nederlands H1 opdrt. 4 

1. De boxers bestreden elkaar alsof ze vochten voor hun leven.

Slide 12 - Slide

Maken: NN H1 spelling opdrt. 2 / 3 / 4 afmaken.

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Noteer de PV van de zin in de t.t.
De agente (vermoeden) dat het opzet is.

Slide 15 - Open question

Noteer de PV van de zin in de t.t.
(vinden) je dat ook een goed idee?

Slide 16 - Open question

Noteer de PV van de zin in de V.T.
Hij (blaffen) het personeel af.

Slide 17 - Open question

Noteer de PV van de zin in de V.T.
Wij (praten) daar al uren over.

Slide 18 - Open question

Noteer de PV van de zin in de V.T.
Ik (worden) er zenuwachtig van.

Slide 19 - Open question

Noteer de PV van de zin in de V.T.
Jullie (vliegen) toch over Spanje?

Slide 20 - Open question