What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Quiz
Zakgeld is:
A
Vrij besteedbaar inkomen
B
Niet-vrij besteedbaar inkomen
1 / 16
next
Slide 1:
Quiz
Economie
This lesson contains
16 slides
, with
interactive quizzes
.
Lesson duration is:
15 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Zakgeld is:
A
Vrij besteedbaar inkomen
B
Niet-vrij besteedbaar inkomen
Slide 1 - Quiz
€ 10 per week omrekenen naar een maand bedrag doe je zo:
A
€10 x 4
B
€10 x 52 : 12
C
€10 x 12 : 52
D
€10 x 4,3
Slide 2 - Quiz
Je hebt chartaal geld en giraal geld. Wat is chartaal geld?
A
Geld in je zak
B
Geld op je rekening
Slide 3 - Quiz
Wat is giraal geld?
A
Geld op je spaarrekening
B
Munten en bankbiljetten
C
Geld op je betaalrekening
D
Geld onder jouw matras
Slide 4 - Quiz
Je tekent een budgetlijn grafiek wat staat er op de assen?
A
De prijs van de goederen.
B
De prijs van de goederen in % van het budget.
C
hoeveel producten je kan kopen
D
Het evenwicht
Slide 5 - Quiz
De budgetlijn gebruiken we omdat
A
Deze lijn producten weergeeft
B
Deze lijn alle mogelijke productcombinaties weergeeft die je maximaal kunt kopen met een bepaald budget
Slide 6 - Quiz
Wat is een sluitende begroting?
A
Als ik meer inkomsten dan uitgaven heb
B
Als ik meer uitgaven dan inkomsten heb
C
Als mijn inkomsten en uitgaven aan elkaar gelijk zijn
Slide 7 - Quiz
Vaste lasten zijn:
A
de vakantie
B
het avondeten
C
de auto
D
de gasrekening
Slide 8 - Quiz
voor welk soort uitgaven is het handig om geld te reserveren?
A
Vaste lasten
B
Dagelijkse uitgaven
C
incidentele uitgaven
Slide 9 - Quiz
Wie krijgt er het meeste zakgeld?
timer
0:30
A
Jeroen krijgt € 5 zakgeld per week
B
Niels krijgt € 20 zakgeld per maand
C
Merel krijgt € 60 zakgeld per kwartaal
Slide 10 - Quiz
Wat is het doel van Nibud?
A
Mensen helpen zo min mogelijk geld sparen
B
Zij helpen jou met budgetteren
C
Nibud helpt jou om geld te besparen
D
Nibud wil zoveel mogelijk geld aan jou verdienen
Slide 11 - Quiz
Wat wordt er op Prinsjesdag bekend gemaakt?
A
De nieuwe plannen voor het komende jaar.
B
Hoeveel geld de overheid het afgelopen jaar heeft uitgegeven.
C
Wie de mooiste hoed op heeft.
D
Welke belangrijke mensen er in de Ridderzaal zitten.
Slide 12 - Quiz
Op Prinsjesdag begint het politieke jaar. Wie spreekt op Prinsjesdag
de Troonrede uit?
A
De minister van Financiën
B
Premier Mark Rutte
C
Koning Willem-Alexander
D
Prinses Beatrix
Slide 13 - Quiz
Wanneer is het Prinsjesdag?
A
Eerste dinsdag van september.
B
Tweede dinsdag van september.
C
Derde dinsdag van september.
D
Vierde dinsdag van september.
Slide 14 - Quiz
Wat hoort NIET bij
"dagelijkse uitgaven"?
A
drogist
B
telefoonrekening
C
boodschappen
D
benzine voor de auto
Slide 15 - Quiz
wat behoort tot dagelijkse uitgaven?
A
banaan
B
vakantie
C
telefoonabonnement
D
contributie sportclub
Slide 16 - Quiz
More lessons like this
Budgetteren
January 2019
- Lesson with
24 slides
by
Economics
Economie
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 2,3
Economie voor vmbo
H1 Begroten voor iedereen
September 2022
- Lesson with
28 slides
Economie
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
les 2 huishoudens, financien, begroting, prinsjesdag
November 2022
- Lesson with
11 slides
Economie
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Herhaling H1
October 2023
- Lesson with
21 slides
Economie
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
H01 Begroten voor iedereen
September 2023
- Lesson with
47 slides
Economie
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
H1 Begroten voor iedereen §1 + §2 (3 lessen)
August 2024
- Lesson with
39 slides
Economie
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
H1 Begroten voor iedereen
June 2021
- Lesson with
15 slides
Economie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
1.3 Budgetteren moet je leren
August 2018
- Lesson with
48 slides
by
Eieren voor je geld
Economie
Middelbare school
vmbo g, t, mavo
Leerjaar 3
Eieren voor je geld