Opdracht 12 – Probleemgedrag bij jongeren
1) Ouders/vrienden hebben invloed op het(probleem)gedrag van een jongere.
2) Jongeren die wel en die geenproblemen krijgen in de puberteit
3) In hoeverre heeft de omgeving invloed op het gedrag van een jongere?
4) de rol van ouders, de genen en vrienden.
5) voorbeelden
* Ervaar je een hechte band met je ouders? (schaal 1-10)
* Heb je een hechte vriendengroep? (schaal 1-10)
* Vind je een luisterend oor bij je ouders wanneer je daar behoefte aan hebt? (schaal 1-10)
* Kun je je problemen kwijt bij je vrienden wanneer je daar behoefte aan hebt? (schaal 1-10)
6) (eigen antwoord leerling) Bijvoorbeeld 0,03 x 1200 = 36.
7) (eigen antwoord leerling) Het gaat om de foto hierboven ipv hieronder. Voorbeeld antwoord: door te letten op lichaamstaal zoals een vermoeid en verdrietige houding, stil. Of om creatief werk zoals tekeningen of teksten die de leerling maakt met een sombere uitstraling. Of om gedrag bij bewegingsonderwijs waarin de leerling geen contact maakt met anderen.
8) (eigen antwoord leerling) Het moet een antwoord zijn dat logischerwijs volgt op het voorgaande.