Kern 3 Kader 3 les 39

1 / 27
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

WELKOM
De les start met oefenen in NUMO.

Ga rustig zitten, doe je jas uit en je telefoon in het zakje. Leg de juiste spullen op tafel.

Slide 2 - Slide

Kern 3 Kader 3 les 39
WELKOM!

Nodig: boek (hoofdstuk 39), laptop, pen en map/schrift

Slide 3 - Slide

Wat is een "persoonsvorm" ook alweer (wat weet je nog?)

Slide 4 - Mind map

Wat is een "voltooid deelwoord" ook alweer (wat weet je nog?)

Slide 5 - Mind map

Leerdoelen
  1. R
  2. T1
  3. I


*Leerdoelen zijn RTTI geformuleerd (in leerlingentaal).

Slide 6 - Slide

Bekijk vraag 1. Is "bekend" in de titel van het krantenbericht een persoonsvorm of een voltooid deelwoorden?
A
Persoonsvorm
B
Voltooid deelwoord

Slide 7 - Quiz

Waarom is het antwoord op vraag 1 "voltooid deelwoord?

Slide 8 - Open question

Vraag 2 en 3
We doen vraag 2 en 3 samen. Deze leerling mag beginnen:

Slide 9 - Slide

Antwoorden bij vraag 2 en 3

Slide 10 - Slide

Vraag 4, 5 en 6
We doen vraag 4, 5 en 6 samen. Deze leerling mag beginnen:

Slide 11 - Slide

Antwoorden bij vraag 4, 5 en 6

Slide 12 - Slide

Vraag 7, 8 en 9
Vraag 7, 8 en 9 maak je in tweetallen / kleine groepjes. Je mag (zachtjes) overleggen. Na een kwartier gaan we nakijken.
timer
1:00

Slide 13 - Slide

Antwoorden bij vraag 7, 8 en 9

Slide 14 - Slide

Antwoorden bij vraag 7, 8 en 9

Slide 15 - Slide

Vraag 10: Maak een zin met "beloven" in de tegenwoordige tijd.

Slide 16 - Open question

Vraag 10: Maak een zin met "verdampen" in de tegenwoordige tijd.

Slide 17 - Open question

Vraag 10: Maak een zin met "mailen" in de verleden tijd.

Slide 18 - Open question

Vraag 10: Maak een zin met "bestraffen" in de verleden tijd.

Slide 19 - Open question

Vraag 10: Maak een zin met "afronden" in de voltooide tijd.

Slide 20 - Open question

Vraag 10: Maak een zin met "beschuldigen" in de voltooide tijd.

Slide 21 - Open question

Controlevraag: weet ik nu hoe ik welke werkwoordsvormen moet schrijven?
A
ja
B
nee

Slide 22 - Quiz

HUISWERK
Voor de volgende les:

Slide 23 - Slide

Nabespreking
Heb je deze les goed begrepen? Wat was nieuw / moeilijk? Wat wil je nog vragen of zeggen?

Slide 24 - Slide

Begrippen uit deze les: noteer onder de sleutelwoorden in je map.
persoonsvorm
tegenwoordige tijd
verleden tijd
voltooide tijd
voltooid deelwoord

Slide 25 - Slide


Schrijf 3 dingen op die
je deze les hebt geleerd

Slide 26 - Open question


Stel 1 vraag over iets dat je
deze les nog niet zo goed hebt begrepen

Slide 27 - Open question