What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
1.7 a Grammatica
Welkom
Ga rustig zitten.
Telefoon is in je kluisje.
Pak je werkboek
en zet je tas op de grond.
1 / 16
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
This lesson contains
16 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Welkom
Ga rustig zitten.
Telefoon is in je kluisje.
Pak je werkboek
en zet je tas op de grond.
Slide 1 - Slide
Wat weet je al?
persoonsvorm
onderwerp
Slide 2 - Slide
lesopbouw
wat weet je al
doel
uitleg
zelfstandig werken
afsluiting
Slide 3 - Slide
Doel
Aan het eind van de les kan je:
de
persoonsvorm,
het
onderwerp
en
het werkwoordelijk gezegde
benoemen in een zin.
Slide 4 - Slide
persoonsvorm (pv)
Elke zin heeft een persoonsvorm.
De persoonsvorm is altijd een
werkwoord
.
Hoe vind je de persoonsvorm in een zin?
Tijdproef -->
zet de zin in een andere tijd:
Het werkwoord dat verandert, is de persoonsvorm
Slide 5 - Slide
voorbeeld
Wat is de persoonsvorm? Gebruik de tijdproef.
Mijn oma Lies kan heel goed met computers omgaan.
Slide 6 - Slide
werkwoordelijk gezegde
Het werkwoordelijk gezegde zijn
alle
werkwoorden in een zin, dus de
persoonsvorm + alle andere werkwoorden
Isa kocht een broodje kaas.
wg = kocht
Martin heeft een broodje kaas gekocht.
wg = heeft gekocht
Ahmed zou een broodje kaas gekocht kunnen hebben.
wg - zou gekocht kunnen hebben.
Slide 7 - Slide
werkwoordelijk gezegde
Soms horen er zinsdelen/woorden bij het werkwoordelijk gezegde die geen werkwoord zijn.
splitsbaar werkwoord
Varun
eet
zijn broodje
op
.
het woordje 'te'
Isa
zit
in haar stoel
te slapen
.
de woorden 'aan het'
Martin
is aan het gamen
.
Slide 8 - Slide
Ik stond vanmorgen vroeg op.
wg?
Slide 9 - Open question
In de badkamer stond ik mijn tanden te poetsen.
wg?
Slide 10 - Open question
Daarvoor was ik aan het eten.
wg?
Slide 11 - Open question
onderwerp
Onderwerp --> wie of wat iets doet.
(hoofdrolspeler)
onderwerp en persoonsvorm:
ze staan meestal naast elkaar
allebei enkelvoud of allebei meervoud
Slide 12 - Slide
onderwerp
Onderwerp
= hoofdrolspeler van de zin --> wie of wat + WG
Hoe vind je het onderwerp? Stel de vraag:
Wie / wat + WG
Slide 13 - Slide
voorbeeld
Wat is het onderwerp?
Mijn oma Lies kan heel goed met computers omgaan.
Slide 14 - Slide
zelfstandig werken
hoofdstuk 3.7 grammatica
werkboek blz. 240
opdracht 2 + 4 + 7 + 12 + 13 + 14
niet doen bij oefening 2 + 12 + 13 + 14:
- zin in zinsdelen verdelen
- lijdend voorwerp
Slide 15 - Slide
afsluiting
Hoe vind je de persoonsvorm?
Hoe vind je het onderwerp?
Slide 16 - Slide
More lessons like this
1.7 Grammatica
October 2023
- Lesson with
22 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
Thema 6: hoofdvormen werkwoorden en meewerkend voorwerp.
May 2022
- Lesson with
44 slides
Taal
Primary Education
1.7 Grammatica les 1
November 2023
- Lesson with
14 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g
Leerjaar 2
1.7 Grammatica les 2
October 2023
- Lesson with
14 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g
Leerjaar 2
1.7 Grammatica les 1
September 2023
- Lesson with
14 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g
Leerjaar 2
1.7 a Grammatica
September 2018
- Lesson with
25 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
H1:1.7 a Grammatica Zinsdelen
June 2023
- Lesson with
21 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
Les 5 (21 september 2024)
September 2024
- Lesson with
20 slides
Nederlands
Secondary Education
Age 12