H6/Nieuw Nederlands - taalverzorging - meervoudsvormen

Telefoon in de koffer. Jas aan de kapstok.




Op tafel: Laptop (dicht) en leesboek. 
timer
5:00
Socialiseren
1 / 12
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 12 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Telefoon in de koffer. Jas aan de kapstok.




Op tafel: Laptop (dicht) en leesboek. 
timer
5:00
Socialiseren

Slide 1 - Slide

Stil lezen.
Instructie
Samen toepassen
Zelfstandig werken
Evaluatie

Slide 2 - Slide

Aan het eind van de les kun je meervouden op -s, -en en -ën, goed spellen.  

Slide 3 - Slide

timer
8:00

Slide 4 - Slide

INSTRUCTIE

De meeste zelfstandige naamwoorden hebben een enkelvoud en meervoud. Er zijn verschillende manieren waarop je het meervoud van zelfstandige naamwoorden maakt.


Slide 5 - Slide

Instructie
Zet -s achter het woord

Bijvoorbeeld: sticker – stickers; spelletje – spelletjes; vakantie – vakanties.
Meestal moet de -s aan het woord vast. Gebruik ’s als je het woord anders verkeerd uitspreekt en na -y: echo – echo’s; taxi – taxi’s; menu – menu’s; ijslolly – ijslolly’s.

Slide 7 - Slide

Instructie
Zet -en achter het woord

Bijvoorbeeld: lamp – lampen; tent – tenten; touw – touwen.
Soms moet je ook iets anders veranderen. Bijvoorbeeld:
droom – dromen; mug – muggen; druif – druiven; kaas – kazen.

Slide 8 - Slide

Instructie
Zet -ën achter het woord

Dit moet bijna altijd bij een woord dat eindigt op -ee of -ie. Bijvoorbeeld:
zee – zeeën; twee – tweeën; knie – knieën.

Gebruik bij twijfel een woordenboek of woordenlijst.

Slide 9 - Slide

Zelfstandig werken
timer
20:00
Opdraht 1, 2, 
3 en 4 moeten deze les af zijn. 

Slide 10 - Slide

Evaluatie
Is het gelukt om alle opdrachten af te krijgen?
Wat ging er goed? 
Wat deed je waardoor het goed ging?
Bij wie ging het nog niet zo goed?


Slide 11 - Slide

TOT DINSDAG

Slide 12 - Slide