12.4 + 12.5 Afronding hormonen

Nectar H12 Hormonen
Deze les:
  • Nabespreking 12.4 Regeling glucoseconcentratie
  • Nabespreking 12.5 Reageren met behulp van hormonen

SO H12 op dinsdag 21 februari
1 / 22
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

Nectar H12 Hormonen
Deze les:
  • Nabespreking 12.4 Regeling glucoseconcentratie
  • Nabespreking 12.5 Reageren met behulp van hormonen

SO H12 op dinsdag 21 februari

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Welke hormonen horen bij welke klier?
Groeihormoon
Schildklierhormoon
Adrenaline
Insuline
Glucagon
Testosteron
Oestrogeen

Slide 2 - Drag question

This item has no instructions

De hypothalamus produceert...
(blauwe pijl)
A
Releasing hormonen (RH)
B
Inhibiting hormonen (IH)
C
Zowel RH als IH
D
Geen van beide

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

Hoe noemen we het fenomeen dat een hormoon zijn eigen aanmaak remt?
timer
0:15

Slide 4 - Open question

This item has no instructions

Waardoor reageren alleen doelwitcellen op hormonen, en niet alle andere cellen ook?
timer
0:30

Slide 5 - Open question

This item has no instructions

(naar) binnen =
(naar) buiten =
gelijk blijven =
afgeven =
toestand = 
temperatuur =
andere = 
homo(ios)
endo
crien
exo
stasis
therm
hetero

Slide 6 - Drag question

This item has no instructions

Sleep de hormonen op de juiste plek
FSH and LH
testosteron
groeihormoon
oxytocine
oestrogenen
thyroxine
antidiuretisch hormoon
TSH

Slide 7 - Drag question

This item has no instructions

Doel en begrippen 12.4
Je leert hoe de regeling van het glucosegehalte in je bloed verloopt. -> presentatie insuline/glucagon!

glycogeen, insuline, eilandjes van Langerhans, halfwaardetijd, diabetes type 1, diabetes type 2, adrenaline

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Lever & Spieren
Darmen
Glucosespiegel bloed stijgt
Poortader
Glucosespiegel bloed daalt
Vorming glycogeen
Verbranding glycogeen

Slide 9 - Drag question

This item has no instructions

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Insuline: opname glucose cellen
1. insuline bindt aan receptoren
2. In cel hechten fosfaatgroepen aan receptor
3. cascade can reacties
4. blaasjes met glucosepoortjes versmelten met celmembraan
5. Glucosemoleculen stromen de cel in.

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

De opslag en afgifte van glucose luistert nauw, wat is een gevolg van te veel glucose opslag?
A
De vetcellen slaan vetten op
B
De nieren scheiden glucose uit
C
De (hersen)cellen zitten zonder energie
D
De bloedsuikerspiegel stijgt

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

En bij te weinig glucose opslag?
A
De vetcellen slaan vetten op
B
Nieren scheiden glucose uit
C
De (hersen)cellen zitten zonder energie
D
De bloedsuikerspiegel daalt

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Bij diabetes type 1 maakt de alvleesklier weinig of geen insuline, wat is daarvan het effect?

Slide 15 - Open question

Cellen kunnen te weinig of geen glucose opnemen
Wat gebeurt er bij te veel glucose in het bloed?

Slide 16 - Open question

Uitscheiding via de urine
Doel en begrippen 12.5
  • Reactie op kou (bron 18) -> presentatie thyroxine!
  • Reactie op watertekort (bron 19)
  • Reactie op energietekort (bron 20)
  • Reactie op zuurstoftekort (bron 21) -> presentatie EPO

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

De reactie op kou: 
 TSH-regelkring
(bron 18)

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Reactie op watertekort (bron 19)

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Reactie op energietekort
(bron 20)

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Reacties op zuurstoftekort
(bron 21)

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Slide 22 - Link

This item has no instructions