Les 1 - Buffel en koereiger

• Nederlands
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 2

WELKOM

- Jas aan de kapstok

- Kauwgom in de prullenbak

- Telefoon in de bak

Ga lekker zitten!

Overzicht van de les

- Wie is er wel en wie niet?

- Hoe gaat het met je?

- Verwachtingen

- Wat gaan we doen?

Verwachtingen

Je hebt een pen of potlood bij je

Tijdens de les:

- luister je stil naar de instructie

- doe je actief mee

- hebben we respect voor elkaar

- mag je fouten maken en vragen stellen

Wat gaan we doen?

- Voorkennis

- Woordenschat

- Verhaal + opdracht

- Lezen

- Verwerking

- Afsluiting

Voorkennis

Opdracht 1.

* Schrijf 5 dieren op die jij kent.

Doel van deze les

Ik kan

- een tekening bij een verhaal maken

- een woordweb bij een 'moeilijk' woord maken

- uitleggen wat kudde, grazen en roofdier betekennen

Woordenschat

Kudde                          grazen                       roofdier

Lees het semantisatieverhaal voor. 

Woordweb

roofdier

De leerlingen maken een woordweb bij het woord 'roofdier'

Voorlezen

Ik lees een verhaal voor.

Maak een tekening bij het verhaal.

Ik lees het verhaal voor. 
De leerlingen maken een tekening bij het verhaal.

Voorlezen

* Hoe ziet een buffel er uit?

* Wat is een koereiger?

* Wie heeft er ook wel eens jeuk? 

Ik stel vragen bij het verhaal.

De vragen zijn nog een beetje algemeen.

Samen lezen

* Als ik lees, lees ik duidelijk en luid.

* Als ik de beurt niet heb, lees ik stil mee.

De leerlingen krijgen om de beurt de beurt om voor te lezen.

Samen lezen

* Hoe groot kan de buffel worden?

* Hoe komt het dat de buffel vreselijke jeuk heeft?

* Wat doet de buffel als hij het warm heeft?

* Wat is het lievelingsmaal van de koereiger?

* Waarom zijn de koereiger en de buffel zulke goede vrienden?

Ik stel vragen over de tekst.

De antwoorden zijn terug te vinden in de tekst.

Lezen

Lees het verhaal stil voor jezelf.

Omcirkel een woord dat jij het allerleukst of allermooist vindt.

De leerlingen lezen de tekst alleen en omcirkelen een woord dat zij leuk of mooi vinden.

Verwerking

Maak de woordzoeker.

Klaar?
- Maak een tekening bij de woorden 'kudde', 'grazen' en 'roofdier'.

De leerlingen lezen de tekst alleen en omcirkelen een woord dat zij leuk of mooi vinden.

Afsluiting

- Hoe vond je de les?

- Heb jij je aan de verwachtingen gehouden?

- Wat ging goed bij jou?

- Wat kan volgende week beter?