3.2:Anesthesie per injectie:
A. Infiltratie anesthesie:
- 1 a 2 insteekplaatsen.
- Nooit in de wondrand i.v.m. contaminatie.
- De naald loopt langs de wondrand met de wondrand mee.
- Eventueel de naald terugtrekken en net voordat hij de huid verlaat aan
de andere kant van de wondrand laten meelopen. - Zonodig herhalen aan de andere kant van de wond.
Bijv. bij wond toilet, episiotomie en hechten.