What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
KERN 48 + 49_Persoonlijk en bezittelijk voornaamwoord
- terugblik
- uitleg les 48
- zelfstandig werken
- afsluiting
1 / 33
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
This lesson contains
33 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
- terugblik
- uitleg les 48
- zelfstandig werken
- afsluiting
Slide 1 - Slide
Hoe noemen we deze werkwoorden met een duidelijke betekenis?
A
zelfstandige werkwoorden
B
hulpwerkwoorden
C
koppelwerkwoorden
Slide 2 - Quiz
Wat zijn de zelfstandige werkwoorden?
Op school mogen leerlingen nog altijd geen kauwgom eten.
A
mogen
B
eten
C
mogen eten
Slide 3 - Quiz
Benoem het werkwoord.
We zullen jullie niet storen.
zullen =
A
hulpwerkwoord
B
koppelwerkwoord
C
zelfstandig werkwoord
Slide 4 - Quiz
Wat is in onderstaande zin het zelfstandige werkwoord?
Hij wil morgen voetballen ondanks zijn blessure.
A
wil
B
zijn blessure
C
voetballen
D
Hij
Slide 5 - Quiz
Vul het juiste vaste voorzetsel in:
Ik hou ... mijn hond. (T1)
A
op
B
van
C
tijdens
D
sinds
Slide 6 - Quiz
Vul het juiste vaste voorzetsel in:
Ik erger me ... mijn broer. (T1)
A
in
B
tijdens
C
op
D
aan
Slide 7 - Quiz
Les 48
Lesdoel: Je leert hoe je persoonlijke voornaamwoorden herkent in een zin.
Slide 8 - Slide
Wat is het verschil tussen 'jou' en 'jouw'?
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Slide
Slide 18 - Slide
Zelfstandig werken
Wat?
Maken les 48 opdracht 1 t/m 10
Hoe?
Lees uitleg op bladzij 100
Tijd?
30 minuten
Klaar?
Stillezen of huiswerk afmaken of leren voor een ander vak
Slide 19 - Slide
- nakijken les 48
- terugblik
- uitleg les 49
- zelfstandig werken
- afsluiting
Slide 20 - Slide
werk nakijken
Les 48 opdracht 1 t/m 10 nakijken
Slide 21 - Slide
Zij kamt haar haar voor de spiegel.
Het persoonlijk voornaamwoord is... /
De persoonlijke voornaamwoorden zijn...
A
Zij
B
Zij, haar
C
Zij, haar, haar
D
haar
Slide 22 - Quiz
Zij heeft aan hem verkering gevraagd.
Het persoonlijk voornaamwoord is /
de persoonlijke voornaamwoorden zijn...
A
Zij
B
Zij, aan
C
Hem
D
Zij, hem
Slide 23 - Quiz
Bezittelijk Voornaamwoord
Slide 24 - Slide
Slide 25 - Slide
Slide 26 - Slide
Wat is het bezittelijk voornaamwoord? (T1)
We hebben allemaal ons best gedaan.
A
We
B
ons
C
best
Slide 27 - Quiz
Slide 28 - Slide
Slide 29 - Slide
Zelfstandig werken
Wat?
Les 49 opdracht 1 t/m 8 maken op blz. 102 en 103
Tijd?
25 minuten. .
Klaar?
Stillezen of huiswerk maken/leren ander vak.
timer
25:00
Slide 30 - Slide
Wat is een bezittelijk voornaamwoord?
Slide 31 - Open question
Wat is het bezittelijk voornaamwoord in deze zin: Dat is zijn telefoon.
Slide 32 - Open question
Welk bezittelijk voornaamwoord hoort bij 'ik' en bij 'hij'?
Slide 33 - Open question
More lessons like this
KERN 48 + 49_Persoonlijk en bezittelijk voornaamwoord
January 2023
- Lesson with
29 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
WK 7 (2) TH1 - GRAMMATICA: par. 48 persoonlijk voornaamwoord
February 2022
- Lesson with
17 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Les 11 Quiz laatste les voor de toets Grammatica
October 2024
- Lesson with
16 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
Bezittelijk voornaamwoord - 2.2 F
November 2023
- Lesson with
14 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Herhaling woordsoorten
October 2022
- Lesson with
27 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Woordsoorten 2 (M)HA
April 2024
- Lesson with
37 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo lwoo, t, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1
2.7 grammatica start
20 days ago
- Lesson with
14 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo k, g
Leerjaar 2
Klas 2 - Spelling - Werkwoorden
September 2022
- Lesson with
22 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2