This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Items in this lesson
H11.1 deel 2
Slide 1 - Slide
zwellichaam
zaadleider
urinebuis
bijbal
teelbal
balzak
prostaat
zaadblaasje
Slide 2 - Drag question
Zet de route die een zaadcel aflegt tot aan een zaadlozing in de juiste volgorde.
zaadballen
bijballen
prostaat
Urinebuis
zaadleiders
Slide 3 - Drag question
Welk orgaan produceert testosteron?
A
Hypofyse
B
Follikel
C
Prostaat
D
Teelballen
Slide 4 - Quiz
Slide 5 - Slide
Leerdoelen
- Je kan de delen van het voortplantingsstelsel van de vrouw onderscheiden en benoemen. - Je weet de functies van de verschillende delen van het voortplantingsstelsel van de vrouw - Je kan het verloop van de menstruatiecyclus en het nut van de verschillende stappen benoemen
Slide 6 - Slide
Voortplantingsstelsel vrouw
Slide 7 - Slide
Vulva en vagina
Vulva: Uitwendige kenmerken: Binnenste en buitenste schaamlippen, clitoris
Vagina: buis naar de baarmoeder Clitoris: Gevoeligste deel
Slide 8 - Slide
Baarmoeder en eierstokken
Follikels: Eicel met een aantal omliggende
cellen
Eierstokken: Bevatten de rijpende follikels
Eicel: vrouwelijke geslachtscel
Baarmoederslijmvlies: vormt een 'nestje'
voor de bevruchte eicel
Slide 9 - Slide
Voortplantingsstelsel vrouw
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Menstruatiecyclus
Verdikking van de baarmoederwand.~29 dagen, ovulatie op de 14e dag
Cyclus vindt plaats onder invloed van hormonen
Hypofyse maakt hormonen die eierstokken stimuleren om oestrogeen aan te maken> secundaire geslachtskenmerken
Slide 12 - Slide
ontstaan secundaire geslachtskenmerken vrouw:
groei borsten
groei schaamhaar
ongesteld
hypofyse
geeft startsein
maakt hypofyse-hormonen
zaadballen
geslachtsorgaan man reageert op hypofysehormonen en
maakt testosteron
eierstokken
geslachtsorgaan vrouw reageert op hypofysehormonen en maakt oestrogeen en progesteron
ontstaan secundaire geslachtskenmerken man:
penisgroei
baardgroei
lage stem etc...
FSH & LH
FSH & LH
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Video
Slide 15 - Slide
De cyclus begint met FSH (uit hypofyse). Door FSH gaat follikel rijpen.
Dit follikel gaat oestrogeen produceren. Dit remt FSH zodat er niet meer follikels gaan rijpen. Een hoge concentratie oestrogeen stimuleert LH (uit hypofyse).
De LH- piek zorgt voor de eisprong (ovulatie)
LH stimuleert dat het lege follikel het gele lichaam wordt.
Het gele lichaam produceert nu voornamelijk progesteron (en een beetje oestrogeen). Progesteron remt FSH en LH (geen nieuwe eicel en eisprong meer) en stimuleert BMSV
Eicel niet bevrucht? Minder progesteron en oestrogeen geproduceerd: menstruatie en FSH productie komt weer op gang
6.
Slide 16 - Slide
a
b
c
d
e
f
g
Slide 17 - Slide
i. Wordt geproduceerd door gele lichaam
Slide 18 - Slide
i. Wordt geproduceerd door gele lichaam
Slide 19 - Slide
Slide 20 - Slide
Vul de ontbrekende woorden in. Kies uit:
a. Terwijl een ____________________________rijpt, wordt het baarmoederslijmvlies steeds dikker.
b. Dan vindt de _____________________________plaats.
c. Zonder ____________________________ sterft de eicel af.
d. Dan breekt het __________________________________ af.
F. De hele periode van de ene menstruatie tot de volgende menstruatie heet:
_________________________
_________________________
eicel
ovulatie
bevruchting
baarmoederslijmvlies
menstruatiecyclus
Slide 21 - Drag question
Wanneer is het baarmoederslijmvlies het dikst?
A
Net na de menstruatie
B
Tussen de eisprong en de menstruatie
C
Tijdens de eisprong
Slide 22 - Quiz
Welk hormoon stimuleert de groei van het follikel?
A
LH
B
FSH
C
Oestrogeen
D
Progesteron
Slide 23 - Quiz
De piek van welk hormoon zorgt voor de eisprong?
A
LH
B
FSH
C
Oestrogeen
D
Progesteron
Slide 24 - Quiz
Het gele lichaam is de lege follikel na de eisprong
A
Juist
B
Onjuist
Slide 25 - Quiz
Het follikel produceert oestrogeen, het gele lichaam progesteron en oestrogeen
A
Juist
B
Onjuist
Slide 26 - Quiz
De hormonen die het gele lichaam afgeeft remt FSH zodat er meer eicellen gaan rijpen
A
Juist
B
Onjuist
Slide 27 - Quiz
Oestrogeen en progesteron zorgen voor een dikker baarmoederslijmvlies
A
Juist
B
Onjuist
Slide 28 - Quiz
Als de eicel niet bevrucht wordt gaat aan het einde van de cyclus
A
De FSH productie omlaag
B
De FSH productie omhoog
Slide 29 - Quiz
Baarmoeder
Eicel
Vagina
Eileider
Eierstok
Baarmoederwand
Slide 30 - Drag question
Gevoelig voor prikkels.
Hier vindt de ontwikkeling van eicellen plaats.
Hier vindt de ontwikkeling van het ongeboren kind plaats.
Hier komt het sperma bij de geslachtsgemeenschap.
Vervoeren van eicellen.
Vormen slijm waardoor de toegang tot de vagina gladder wordt.
Elk orgaan van het vrouwelijke voortplantingsstelsel heeft zijn eigen taak.