Samenstellingen zonder tussen –n
5. Het eerste deel heeft geen meervoud: tarwebrood
6. Het eerste deel heeft alleen een meervoud op –s: aspergeteler, scorekaart.
7. Het eerste deel heeft zowel een meervoud –op –n als op –s: groenteman, gedachtewisseling.
8. Het eerste deel is een werkwoord: huilebalk, knorrepot.
9. Het is een versteende uitdrukking: bullebak, ruggespraak.
10. Er is er maar één van: maneschijn, zonnebril
Samenstellingen met tussen –s
11 Als je de s hoort, schrijf je hem. Kun je de –s niet horen, vervang het tweede deel door een ander woord: stadsmuur stadscentrum