2.1 Mitose + 2.2 Meiose

Thema 2 Voortplanting
Deze les: 
  • §2.1 Ongeslachtelijke voortplanting (deel 2)
  • §2.2 Geslachtelijke voortplanting (deel 1)

Huiswerk: 
  • Opdracht 2, 4, 5, 6, 7, 8, 10, 13 t/m 17 van §2.1
  • Opdracht 18 en 20 van §2.2
1 / 28
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Thema 2 Voortplanting
Deze les: 
  • §2.1 Ongeslachtelijke voortplanting (deel 2)
  • §2.2 Geslachtelijke voortplanting (deel 1)

Huiswerk: 
  • Opdracht 2, 4, 5, 6, 7, 8, 10, 13 t/m 17 van §2.1
  • Opdracht 18 en 20 van §2.2

Slide 1 - Slide

Wat is het verschil tussen een biologische en een ethische reden?

Slide 2 - Open question

Op welke manier gaat de voortplanting van eencelligen?
A
Geslachtelijke voortplanting
B
Celdeling
C
Stekken

Slide 3 - Quiz

Het kopiëren van DNA hoort bij de celdeling.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 4 - Quiz

Op welk punt in de celcyclus vindt DNA-replicatie plaats?
A
Tijdens de celdeling (mitose).
B
Tijdens de G1 (1e groei) fase.
C
Tijdens de S (synthese) fase.
D
DNA-replicatie vindt constant plaats.

Slide 5 - Quiz

Noem twee redenen waarvoor mitose belangrijk is voor jouw lichaam.

Slide 6 - Open question

§2.1 Ongeslachtelijke voortplanting

celcyclus, chromosomen, celdeling, mitose, profase, prometafase, metafase, anafase, telofase

Slide 7 - Slide

Celdeling
Groei
Voortplanting
Herstel

Slide 8 - Slide

Celcyclus
  1. Mitose: celkern deling en celdeling
  2. Interfase: periode tussen twee celdelingen
  • G1-fase: stofwisseling en celgroei
  • S-fase: DNA-replicatie/synthese = kopiëren DNA molecuul
  • G2-fase: stofwisseling en celgroei, synthese van membranen en andere organellen
  • G0-fase: cel is in rust er treden geen delingen op

Slide 9 - Slide

Wat gebeurt er met het DNA tijdens celcyclus?

Slide 10 - Slide

Belangrijke termen

  • Chromosoom
  • Chromatide
  • Centromeer 
  • Centrosoom/centriole

Slide 11 - Slide

Mitose (BINAS 76B1)
Profase
Metafase
Anafase
Telofase

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

0

Slide 14 - Video

Aan de slag!
Maak het invulblad mitose m.b.v. binas/boek
Klaar? Maak opdracht 2, 4, 5, 6, 7, 8, 10, 13 t/m 17 van §2.1

Slide 15 - Slide

Wat zien we hier?
A
2 zusterchromatiden
B
2 homologe chromosomen

Slide 16 - Quiz

Wanneer is dit karyogram gemaakt?
A
Vlak voor de celdeling
B
Vlak na de celdeling
C
Kan je niet weten

Slide 17 - Quiz

De hoeveelheid DNA in rustende lichaamscel = x
Een tijd later vindt mitose plaats in deze cel. Hoeveel DNA bevat de cel tijdens de anafase.
A
1/2 x
B
x
C
2x
D
dat kun je niet weten

Slide 18 - Quiz

Profase
Metafase
Anafase
Telofase
Interfase

Slide 19 - Drag question

§2.2 Geslachtelijke voortplanting
geslachtelijke voortplanting, gameten, haploïd, diploïd, polyploïd, meiose I, meiose II

Slide 20 - Slide

Vorming geslachtscellen
Lichaamscellen zijn diploïd (2n).
Van elk type chromosoom is een 
paar aanwezig.
Beide chromosomen van een
paar noem je homoloog.
Bij de mens 23 paar 
= 46 chromosomen

Slide 21 - Slide

Vorming geslachtscellen
Als in een zaadcel en een eicel
net zoveel chromosomen
zouden zitten dan zou je na de 
bevruchting een bevruchte 
eicel met 92 chromosomen
hebben. Dit kan niet.

Slide 22 - Slide

Vorming geslachtscellen
Dus: bij de vorming van de 
geslachtscellen moet het aantal
chromosomen worden 
gehalveerd zodat van elk 
chromosomenpaar er maar één
in zit.

Slide 23 - Slide

Vorming geslachtscellen
Geslachtscellen zijn dus
haploïd (n).

Bij de mens bevatten ze 
23 chromosomen.

Slide 24 - Slide

Wat gebeurt er met het DNA tijdens celcyclus?

Slide 25 - Slide

Reductiedeling
Meiose I 
Chromosoomparen gaan uit elkaar 

Meiose II 
Chromatiden gaan uit elkaar

Slide 26 - Slide

§2.2 Geslachtelijke voortplanting
geslachtelijke voortplanting, gameten, haploïd, diploïd, polyploïd, meiose I, meiose II

Slide 27 - Slide

Thema 2 Voortplanting
Deze les: 
  • §2.1 Ongeslachtelijke voortplanting (deel 2)
  • §2.2 Geslachtelijke voortplanting (deel 1)

Huiswerk: 
  • Opdracht 2, 4, 5, 6, 7, 8, 10, 13 t/m 17 van §2.1
  • Opdracht 18 en 20 van §2.2

Slide 28 - Slide