What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Thema Clienten
Thema Clienten
Theorieboek
Helpende Zorg en Welzijn
Thema 2 Cliënten
Hoofdstuk 3: Verschillende leeftijden
1 / 35
next
Slide 1:
Slide
Verpleging en verzorging
MBO
Studiejaar 1
This lesson contains
35 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
1 video
.
Lesson duration is:
60 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Thema Clienten
Theorieboek
Helpende Zorg en Welzijn
Thema 2 Cliënten
Hoofdstuk 3: Verschillende leeftijden
Slide 1 - Slide
Inleiding
Als Helpende Zorg en Welzijn kun je met verschillende doelgroepen te maken krijgen in je werk
Verschillen in ziektebeelden, handicaps, beperkingen, verstandelijke vermogens maar ook in leeftijden
Daar gaan we het vandaag over hebben!
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Video
Wat is geen genoemde levensfase?
A
oudere
B
puber
C
baby
D
schoolkind
Slide 4 - Quiz
Vanaf welke leeftijd ben je een "oudere"?
A
70
B
65
C
67
D
75
Slide 5 - Quiz
waarom is het belangrijk iets van de verschillende fasen te weten?
Slide 6 - Open question
Antwoord
Zodat je de begeleiding goed kunt afstemmen op de levensfase waarin je client zit
Slide 7 - Slide
Wat is een ander woord voor verstandelijk?
A
Geestelijk
B
Cognitief
C
Lichamelijk
D
A en B zijn beiden goed
Slide 8 - Quiz
Cognitief
Het vermogen om kennis op te nemen en te verwerken
Leren
Woord kom je regelmatig tegen bij beschrijvingen van ziektes; bijvoorbeeld bij Dementie
Slide 9 - Slide
Hoe heet de fase voor de geboorte van een baby, als het nog in de baarmoeder zit?
A
Prenatale fase
B
Natale fase
C
Frontale fase
D
Pre-geboorte fase
Slide 10 - Quiz
Een baby ontwikkelt zich verstandelijk. Op welke drie manieren gaat dat?
Slide 11 - Open question
Antwoord
Door te ervaren
Door te herhalen (oefenen)
door te imiteren (nadoen)
Slide 12 - Slide
Wat zijn bij het begeleiden van een baby de belangrijkste werkzaamheden?
A
Hygiëne
B
met de ouders overleggen
C
zorgen voor eten en drinken, droge luier
D
zorgen voor geborgenheid
Slide 13 - Quiz
Ontwikkeling baby
Motoriek; bewegen
Verstandelijk
Taal; geluiden, brabbelen en eerste woordjes
Sociaal; fase van eenkennig zijn, leert mensen herkennen
Slide 14 - Slide
Welke leeftijd heeft een peuter?
A
tussen 1 en 5 jaar
B
tussen 2 en 4 jaar
C
tussen 1,5 en 5 jaar
D
tussen 1,5 en 4 jaar
Slide 15 - Quiz
Een peuter
Begint "mens" te worden met eigen karakter en wil
Steeds meer ontwikkeling op alle gebieden, lichamelijk, verstandelijk, taal en sociaal
Koppigheidsfase
Kind leert dingen zelf te doen, wil dingen zelf doen
Zien nog geen gevaar
Koppig
Slide 16 - Slide
Welke motoriek ontwikkelt zich met name bij een kleuter?
A
fijne
B
grove
C
allebei
Slide 17 - Quiz
Welke verandering zie je bij een kleuter op sociaal gebied?
A
steeds meer op zichzelf
B
steeds meer met anderen bezig
C
ligt aan het karakter
Slide 18 - Quiz
Kleuter
Tussen 4 en 6 jaar
Kunnen al veel zelf
Voor het eerst naar school, grotere wereld
Lichaam meer "in verhouding"
Ondersteunen en bemoedigen belangrijkste taken
Slide 19 - Slide
Tussen de 6 en 12 jaar ben je een:?
Slide 20 - Open question
welke "werelden" kent een schoolkind?
A
thuis en op school
B
familie
C
thuis, op school en vriendenkring
Slide 21 - Quiz
Schoolkind
Schoolkind leert veel; gaat van spelend leren naar schoolse leren
Leergierig/nieuwsgierig
Fantasie minder, meer realiteitsbesef
Verschil tussen jong en ouder schoolkind
Begeleiding en sturing nodig waarbij regels van belang zijn
Slide 22 - Slide
In welke categorieën deelt men jongeren in?
Slide 23 - Open question
Jongeren
Van 12 - 25 jaar
Puber = van 12-17
Adolescent = 17-25
"Puberbrein" = ontwikkeling hersenen tot 25e levensjaar (met name plannen)
Veel lichamelijke veranderingen
Grote ontwikkeling op verstandelijk gebied
Slide 24 - Slide
Maakt zich los van thuis; verschillende leefwerelden
Zoeken naar eigen identiteit; eigen regels, normen en waarden
Stemmingswisselingen
Begeleiding met name tot 18 jaar; helpen met maken van goede keuzes en voorkomen van problemen
Vertrouwensband is belangrijk
Slide 25 - Slide
Jong volwassen ben je tussen de:
A
25 en 35 jaar
B
25 en 40 jaar
C
25 en 45 jaar
D
25 en 50 jaar
Slide 26 - Quiz
Volwassen
Langste levensfase
Jong-volwassen= 25 en 40 jaar
Midden-volwassen= 40 en 55 jaar
Oudere volwassenen = 55 en 67 jaar
Slide 27 - Slide
Noteer een aantal dingen die spelen in het sociale leven van een volwassene
Slide 28 - Open question
Sociale veranderingen
Kinderen krijgen en opvoeden (ouder worden)
Relatie met partner
Vrienden en kennissen
Relatie met eigen ouders (ook verlies)
Slide 29 - Slide
Begeleiding
Inleven is belangrijk; begrijp hoe lastig het is om hulp te vragen
Toon respect; doe dingen in overleg
Leef je in in de beleving van de volwassene
Slide 30 - Slide
Vanaf welke leeftijd ben je oudere?
A
62
B
65
C
67
D
70
Slide 31 - Quiz
al eerder dezelfde vraag geweest!
= 67 jaar
Slide 32 - Slide
Vanaf welke leeftijd begint de lichamelijke achteruitgang?
A
30
B
40
C
50
D
60
Slide 33 - Quiz
Dat is schrikken!!!! Al vanaf je 30e levensjaar
Gelukkig wel heel geleidelijk; hoe snel je heb merkt is per persoon verschillend
Slide 34 - Slide
Begeleiden van ouderen
Rekening houden met trager worden
Geduld
Zintuigen gaan achteruit (zicht/gehoor)
Geheugenproblemen (hulpmiddelen)
Blijf beleefd; praat niet over hen alsof ze een kind zijn!
Slide 35 - Slide
More lessons like this
Verschillende leeftijden
December 2023
- Lesson with
32 slides
Vaktheorie
MBO
Studiejaar 1
BGER 4 week 17
December 2021
- Lesson with
32 slides
Verzorging
MBO
Studiejaar 1
Ontwikkelingspsychologie quiz
October 2023
- Lesson with
14 slides
Welzijn
MBO
Studiejaar 1
Doelgroepen toets
November 2024
- Lesson with
53 slides
Doelgroepen
MBO
Studiejaar 1
Verschillende leeftijden
September 2021
- Lesson with
10 slides
Welzijn
MBO
Studiejaar 1
Les 1 & 2 profieldeel
November 2022
- Lesson with
33 slides
Zorg en Welzijn
MBO
Studiejaar 1
Les 1 & 2 profieldeel
September 2023
- Lesson with
33 slides
Zorg en Welzijn
MBO
Studiejaar 1
mens en activiteit
February 2021
- Lesson with
20 slides
zorg en welzijn
MBO