Werkwoordspelling - Tegenwoordige tijd

Werkwoordspelling: Tegenwoordige tijd
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Werkwoordspelling: Tegenwoordige tijd

Slide 1 - Slide

Regels in te tegenwoordige tijd
Spieken
Ik spiek - ik-vorm
Jij spiekt - ik-vorm + t
Wij spieken- hele werkwoord
Jordy (spieken) het fijn om naar school te gaan.

Slide 2 - Slide

Zoek de fout

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Zoek en verbeter het woord in de zin.

Slide 5 - Slide

Herman hoort morgen pas of hij aangenomen word.

Slide 6 - Open question

Vindt je het goed als ik het bij een uurtje houd?

Slide 7 - Open question

Connie beweerd dat je niets voor haar hebt bewaard.

Slide 8 - Open question

Volgens mij bedoeld die man dat je jouw auto niet goed parkeert.

Slide 9 - Open question

Wordt je er ook zo moe van dat ze haar rommel nooit opruimt?

Slide 10 - Open question

Hij beweerd dat het vliegtuig eerder landt dan was aangekondigd.

Slide 11 - Open question