606b

Welkom in de les
1 / 25
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 25 slides, with text slides.

Items in this lesson

Welkom in de les

Slide 1 - Slide

Lezen
timer
5:00

Slide 2 - Slide

Vandaag
  • Korte herhaling vorige keer
  • Bespreking van het huiswerk
  • Afmaken 6.3: beelden en vergroting
  • Zelfstandig opdrachten maken

Slide 3 - Slide

Vorige keer: Tekenregels 
Tekenregel 1:
Lichtstralen die door het midden van de lens gaan worden niet gebroken.
Tekenregel 2:
Lichtstralen die door evenwijdig op de lens vallen breken door het brandpunt.

Slide 4 - Slide

Opdracht 29a

Slide 5 - Slide

Opdracht 29bc

Slide 6 - Slide

30

Slide 7 - Slide

31a

Slide 8 - Slide

31bc

Slide 9 - Slide

31d

Slide 10 - Slide

Twee soorten beelden
Beeld achter een spiegel.
Virtueel beeld
Beelden die je kunt projecteren.
Reëel beeld

Slide 11 - Slide

31

Slide 12 - Slide

6.4 Oogafwijkingen

Slide 13 - Slide

Doorsnede van een oog

Slide 14 - Slide

Vertepunt en nabijheidspunt
Als je oogspieren zijn ontspannen 
kan je ver kijken. Het verste punt 
wat je kunt zien heet het vertepunt.

Het punt het dichtste bij wat
je nog scherp kan zien heet
het nabijheidspunt.

Slide 15 - Slide

Accommoderen

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

1) Oudziend
De lens in je oog verliest flexibiliteit 
als je ouder wordt. Hierdoor kan de lens
in je oog niet goed bol meer worden.
Dingen van dichtbij bekijken wordt dan
moeilijker

Een bril met een positieve lens kan dan helpen. 

Slide 18 - Slide

2) Verziend
Jonge mensen kunnen ook al moeite hebben met dingen dichtbij zien.  Ook zij hebben baat bij hulp van een 
positieve lens.

Anders dan oudziende mensen hebben mensen 
die verziend zijn ook moeite met scherp naar 
de horizon kijken. 

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

3) Bijziend
Mensen die bijziend zijn kunnen goed dichtbij zien, maar hebben moeite met dingen verweg.

Bijziendheid komt steeds vaker voor. 

Zij zijn geholpen met een negatieve lens

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Ogen laseren

Slide 23 - Slide

Samenvatting
Vertepunt is het verste punt wat je scherp kan zien.
Nabijheidspunt is het punt het dichtstbij wat je nog scherp kunt zien.

Je oog maakt dingen scherp door spieren in je oog aan te spannen. Dit heet accommoderen.

Oudziende en verziende mensen zijn geholpen met een positieve lens.
Bijziende mensen zijn geholpen met een negatieve lens.

Slide 24 - Slide

Aan het werk
Opdracht 39
Opdracht 42
timer
1:00
Opdracht 47
Klaar? Lees 6.4 en maak 41

Slide 25 - Slide