What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
4.3 Taalverzorging
Werkwoorden
Tegenwoordige tijd
Verleden tijd
Voltooide tijd
1 / 26
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 4
This lesson contains
26 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Werkwoorden
Tegenwoordige tijd
Verleden tijd
Voltooide tijd
Slide 1 - Slide
Welk woord hoort er op de stippels?
Hij .............. omver gelopen.
A
word
B
wort
C
wordt
D
woord
Slide 2 - Quiz
Gisteren ................... ik het helemaal verkeerd.
A
rade
B
raadde
C
raden
D
raadden
Slide 3 - Quiz
Het veulen ................... door de wei
A
draafte
B
draafde
C
draaften
D
draafden
Slide 4 - Quiz
Het vliegtuig .................... om 19.00 uur.
A
landt
B
lant
C
land
D
lantd
Slide 5 - Quiz
Hij is vorige maand .......................
A
verhuizen
B
verhuizd
C
verhuist
D
verhuisd
Slide 6 - Quiz
Deze bossen ...................... vorige maand af.
A
branden
B
brande
C
brandde
D
brandden
Slide 7 - Quiz
De honden ................ de hele dag
A
blafden
B
blafde
C
blaften
D
blafte
Slide 8 - Quiz
Samenstellingen
broek + riem
Slide 9 - Slide
Boek + kast
A
boekkast
B
boekenkast
C
boekekast
D
beokenkats
Slide 10 - Quiz
zon + straal
A
zonstraal
B
zonnenstraal
C
zonnesstraal
D
zonnestraal
Slide 11 - Quiz
rijst + pap
A
rijstpap
B
rijstenpap
C
rijstepap
D
rijsterpap
Slide 12 - Quiz
station + straat
A
stationstraat
B
station straat
C
stationsstraat
D
stations straat
Slide 13 - Quiz
aap + trots
A
aaptrots
B
apentrots
C
apetrots
D
apenrots
Slide 14 - Quiz
groente + soep
A
groentesoep
B
groentensoep
C
groentessoep
D
groensoep
Slide 15 - Quiz
Zinsontleding
Persoonsvorm, gezegde, onderwerp, lijdend voorwerp, meewerkend voorwerp, bijvoeglijke bepaling.
Slide 16 - Slide
Volgende week gaat de hond naar het asiel.
Onderwerp =
A
volgende week
B
mijn hond
C
gaat
D
het asiel
Slide 17 - Quiz
Mijn broer heeft in Amsterdam gedemonstreerd.
Gezegde =
A
mijn broer
B
in Amsterdam
C
heeft gedemonstreerd
D
heeft
Slide 18 - Quiz
Morgen ga ik niet naar school.
naar school =
A
onderwerp
B
lijdend voorwerp
C
gezegde
D
bijvoeglijke bepaling
Slide 19 - Quiz
Mijn vrienden stuurden me geen berichtjes meer.
me =
A
onderwerp
B
meewerkend voorwerp
C
lijdend voorwerp
D
bijvoeglijke bepaling
Slide 20 - Quiz
Zij lieten hun erfenis na aan goede doelen.
aan goede doelen =
A
onderwerp
B
gezegde
C
lijdend voorwerp
D
meewerkend voorwerp
Slide 21 - Quiz
Op de fiets was hij aan het appen.
bijvoeglijke bepaling is
A
op de fiets
B
hij
C
was
D
aan het appen
Slide 22 - Quiz
Hij geeft deze leerling altijd snel strafwerk.
strafwerk =
A
onderwerp
B
lijdend voorwerp
C
gezegde
D
meewerkend voorwerp
Slide 23 - Quiz
Welke zinnen zijn fout?
A
Zij geven hun veel cadeaus
B
Hun geven zij veel cadeaus
C
Hun geven hun veel cadeaus
D
Ze geven veel cadeaus aan hen.
Slide 24 - Quiz
Welke zinnen zijn fout?
A
Hij wil nooit niet naar haar feest.
B
Hij is groter dan ik.
C
Hun hebben echt nog niet genoeg gespaard.
D
Hij is even groot als ik.
Slide 25 - Quiz
Welke zin is fout?
A
Mijn vader is minder streng dan mijn moeder.
B
Ben jij altijd sneller dan je vrienden?
C
Die blonde jongen speelt net zo goed als ik.
D
Dat meisje kan beter zingen als haar vriendin.
Slide 26 - Quiz
More lessons like this
De bijwoordelijke bepaling
February 2024
- Lesson with
20 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
zinsdelen quiz
September 2024
- Lesson with
29 slides
LessonUp
Primary Education
Lower Secondary (Key Stage 3)
Upper Secondary (Key Stage 4)
Oefeningen woordsoorten + zinsleer
October 2024
- Lesson with
30 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
L17 Zinsdelen
18 days ago
- Lesson with
42 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
L17 Zinsdelen
March 2024
- Lesson with
37 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
SCC M4 L4 zinsleer bwb
October 2023
- Lesson with
31 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
Herhaling 2A Examens
December 2024
- Lesson with
34 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
de bijwoordelijke bepaling
May 2024
- Lesson with
24 slides
Nederlands
Secundair onderwijs