Maandag 6 september 2021

Nederlands als tweede taal
DINSDAG 7 SEPTEMBER
1 / 42
next
Slide 1: Slide
NT2Middelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 42 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Nederlands als tweede taal
DINSDAG 7 SEPTEMBER

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Vandaag
- Planning DISK-taken en toets
- Gatentekst lezen DISK
- DISK opdracht "tips tegen verveling"
- Grammatica: lidwoorden & aanwijzende voornaamwoorden
- Woordenschat oefenen Party & Co


Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Hoe gaat het met Disk?
Weet je wat je doen moet?

Slide 3 - Slide

Disk, even inloggen, kijken hoe ver iedereen is.
DISK planning

Dinsdag 14 september: geen NT2-les

Woensdag 15 september: presenteren (in tweetallen) in de les
Donderdag 16 september: DISK toets op papier

Vrijdag 17 september: DISK-taak: interviews

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Wat zou jij doen?
Welke tips tegen verveling vinden jullie het beste?
Maak een top 3.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Welke lidwoorden
ken je?

Slide 6 - Mind map

This item has no instructions

Quizje...
Welk lidwoord hoort bij dit woord (leerwoorden DISK)

Slide 7 - Slide

This item has no instructions


knoop
A
de
B
het

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions


diner
A
de
B
het

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions


activiteit
A
de
B
het

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions


chips
A
de
B
het

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions


kunstwerk
A
de
B
het

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions


planning
A
de
B
het

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions


verveling
A
de
B
het

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions


winterseizoen
A
de
B
het

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

'een'
'een' is een onbepaald lidwoord.
Je gebruikt het als je iets in het algemeen wilt zeggen.

De stoel is zwart. 
Pak een zwarte stoel.

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Zinnen maken
In het Nederlands gebruiken we veel lidwoorden.
Je gebruikt altijd een lidwoord als je over een woord in het enkelvoud praat. Je mag ook een ander woord gebruiken (mijn, jouw, zijn, haar, veel, weinig, genoeg...)

Ik zie een witte kat. De kat ligt te slapen. Het is mijn kat.

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Zinnen maken
Als je over een woord praat dat in het meervoud staat, dan gebruik je geen 'een'. Ook niet als je in het algemeen praat.

Er vliegen vogels in de lucht. 
In het park staan banken.
Ik zie witte katten. De katten liggen te slapen. Het zijn mijn katten.

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Zinnen maken
Praat je over een woord dat je niet kunt tellen, dan gebruik je ook geen 'een'.

Ik wil graag water drinken.
Ik doe nieuw zand in de tuin.
Ik heb zwarte koffie. In de koffie is geen melk en geen suiker. Ik drink mijn koffie graag zwart.

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Welke zin is goed?
A
Het huis staat in straat.
B
Huis staat in straat.
C
Huis staat in de straat.
D
Het huis staat in de straat.

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Welke zin is goed?
A
In het huis staat bank.
B
In het huis staat een bank.
C
In huis staat een bank.
D
In het huis staat bank.

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Welke zin is goed?
A
In de tuin zijn de bloemen.
B
In de tuin zijn een bloemen.
C
In de tuin zijn bloemen.
D
In tuin zijn bloemen.

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Welke zin is goed?
A
Auto staat in de garage.
B
Mijn auto staat in garage.
C
Auto staat in garage.
D
Mijn auto staat in de garage.

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

Welke zin is goed?
A
Ik doe een suiker in de koffie.
B
Ik doe suiker in koffie.
C
Ik doe suiker in de koffie.
D
Ik doe de suiker in koffie.

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

Samenvatting
Leer woorden samen met het lidwoord.
Gebruik 'een' alleen met telbare enkelvoudige woorden.

Gebruik 'de' of 'het' als je over iets specifieks praat.
Gebruik 'een' of niks als je over iets algemeens praat.

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Disk

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Opdracht Disk
Spreekbeurt over een (Nederlandse) sport

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Presentatie
  • We gaan werken in tweetallen
  • Bereid een spreekbeurt voor van ongeveer 5 minuten
  • Kies of jullie een powerpoint of een poster maken 
  • De presentatie is volgende week woensdag

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Kies uit deze sporten:
  • schaatsen
  • zwemmen
  • voetbal
  • fierljeppen
  • volleybal
  • kaatsen
  • tennis
  • roeien
  • hockey
  • wielrennen
  • formule-1
  • atletiek
  • windsurfen 
  • judo
  • zeilen

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Voorbereidingstijd

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Goed gewerkt.....See you later...............

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Slide 36 - Slide

This item has no instructions

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Slide 39 - Slide

This item has no instructions

Slide 40 - Slide

This item has no instructions

Slide 41 - Slide

This item has no instructions

Slide 42 - Link

This item has no instructions