Hoofdstuk 4, de aanbodzijde van de verkoopmarkt

Hoofdstuk 4, de aanbodzijde van de verkoopmarkt
1 / 39
next
Slide 1: Slide
HandelMBOStudiejaar 4

This lesson contains 39 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 4, de aanbodzijde van de verkoopmarkt

Slide 1 - Slide

Hoofdstuk 4, de aanbodzijde van de verkoopmarkt

Slide 2 - Slide

Wat gaan we doen? 
De markt en de concurrentie 
Martvormen en concurrentie
Concurrentieanalyse
Concurrentiefactoren 
Concurrentiestrategieën
Concurrentieonderzoek  

Slide 3 - Slide

De markt en de concurrentie 
Er zijn 4 factoren die de concurrentiesituatie bepalen:

- Het aantal vragers en aanbieders op de markt.
- Het artikel dat op de markt wordt aangeboden.
- De doorzichtigheid van de markt.
- De toetredingsmogelijkheid tot de markt.

Slide 4 - Slide

Het aantal vragers en aanbieders op de markt

Slide 5 - Slide

Het artikel dat op de markt wordt aangeboden

Slide 6 - Slide

De doorzichtigheid van de markt

Slide 7 - Slide


De toetredingsmogelijkheid tot de markt.

Slide 8 - Slide

Let's work 
Maak nu de opgaven 4.03, 4.04, 4.05 op bladzijde 150-151

Slide 9 - Slide

Marktvormen en concurrentie

Monopolie: Één aanbieder, uniek product.

Oligopolie:  Homogene oligopolie: Weinig aanbieders, zelfde product.  
                         Heterogene oligopolie: Weinig aanbieders, verschil in product.
                         Monopolistische concurrentie: Veel aanbieders, veel          
                         vergelijkbare producten.

Polypolie of volledige mededinging: Veel aanbieders met hetzelfde product.

Slide 10 - Slide

Geef een voorbeeld van een bedrijf dat een monopolie heeft.

Slide 11 - Open question

Geef een voorbeeld van een bedrijf dat een homogeen oligopolie heeft.

Slide 12 - Open question

Geef een voorbeeld van een bedrijf dat een hetrogeen oligopolie heeft.

Slide 13 - Open question

Geef een voorbeeld van een bedrijf dat een monopolistische concurrentie heeft.

Slide 14 - Open question

Geef een voorbeeld van een bedrijf dat een volledige mededinging is.

Slide 15 - Open question

Let's work 
Maak nu de opgaven 4.08 tm  4.13. Op bladzijde 154-155.

Slide 16 - Slide

Concurrentiefactoren 
1) Het benodigde kapitaal: een bedrijf starten vergt een grote investering. 
2) De aard van het product: is de nodige kennis aanwezig om te starten, weet men voldoende van het product af?
3) De omgevingsfactoren: kan men omgevingsfactoren, zoals economische ontwikkelingen, opvangen?
4) De eisen van de consument: kan men inspelen op specifieke, wisselende eisen van de klant?
5) De vraagzijde van de verkoopmarkt: wanneer vraagzijde verkoopmarkt groeit, neemt concurrentie toe.

Slide 17 - Slide

Let's work 
Maak nu de opgaven 4.17,  4.18 en 4.20. Op bladzijde 157 - 158

Slide 18 - Slide

Concurrentiestrategie Porter
De volgende strategieën worden onderscheiden:
Lage kosten strategie;
Differentiatie strategie.

Beide strategieën kunnen worden toegepast op de totale markt (geen segmentatie) en op een bepaald marktsegment. Er zijn dus vier verschillende strategieën. 

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Het bedrijf: Nintendo
Gebruikt de volgende concurrentie strategie
A
Kostenleiderschap
B
Differentiatie
C
Kostenfocus
D
Differentiatiefocus

Slide 21 - Quiz

Het bedrijf: Action
Gebruikt de volgende concurrentie strategie
A
Kostenleiderschap
B
Differentiatie
C
Kostenfocus
D
Differentiatiefocus

Slide 22 - Quiz

Het bedrijf: Ferrari
Gebruikt de volgende concurrentie strategie
A
Kostenleiderschap
B
Differentiatie
C
Kostenfocus
D
Differentiatiefocus

Slide 23 - Quiz

Het bedrijf: Nike
Gebruikt de volgende concurrentie strategie
A
Kostenleiderschap
B
Differentiatie
C
Kostenfocus
D
Differentiatiefocus

Slide 24 - Quiz

Vijfkrachtenmodel van Porter

Slide 25 - Slide

Vijfkrachtenmodel van Porter
Dreiging van nieuwe toetreders: De luchtvaartindustrie heeft hoge toetredingsbarrières, zoals enorme kapitaalinvesteringen voor vliegtuigen en infrastructuur, strenge regelgeving en certificeringen, en de noodzaak van een sterk merk. Dit maakt het moeilijk voor nieuwe bedrijven om de markt te betreden1.

Slide 26 - Slide

Vijfkrachtenmodel van Porter
Interne concurrentie: Er is intense concurrentie tussen bestaande luchtvaartmaatschappijen zoals KLM, Lufthansa en Ryanair. Deze concurrentie leidt vaak tot prijsverlagingen en verbeterde diensten om klanten aan te trekken2.

Slide 27 - Slide

Vijfkrachtenmodel van Porter
Macht van de afnemers: Passagiers hebben veel keuzevrijheid en kunnen gemakkelijk prijzen en diensten vergelijken via online platforms. Dit geeft hen een sterke onderhandelingspositie, waardoor luchtvaartmaatschappijen concurrerende prijzen en betere diensten moeten aanbieden2.

Slide 28 - Slide

Heeft Netflix t.o.v. afnemers een sterke onderhandelingspositie? Leg je antwoord uit.

Slide 29 - Open question

Vijfkrachtenmodel van Porter
Macht van de leveranciers: Leveranciers van vliegtuigen (zoals Boeing en Airbus) en brandstof hebben aanzienlijke macht omdat er maar een paar grote spelers zijn. Dit kan de kosten voor luchtvaartmaatschappijen verhogen2.

Slide 30 - Slide

Vijfkrachtenmodel van Porter
Dreiging van substituten: Alternatieve vervoersmiddelen zoals hogesnelheidstreinen en videoconferenties (voor zakenreizen) vormen een substituut voor vliegreizen. Dit kan de vraag naar luchtvaartdiensten verminderen2.

Slide 31 - Slide

Bedenk twee substituten voor Netflix

Slide 32 - Open question

BCG matrix 

Slide 33 - Slide

De Balisto candybar is een....
A
Question mark
B
Star
C
Dog
D
Cash Cow

Slide 34 - Quiz

De candybar van MR Beast is een....
A
Question mark
B
Star
C
Dog
D
Cash Cow

Slide 35 - Quiz

De candybar van Mars is een....
A
Question mark
B
Star
C
Dog
D
Cash Cow

Slide 36 - Quiz

Cocurrentieonderzoek 
Kijk naar concurrerende bedrijven en hun producten/diensten.
- Naamsbekendheid, imago en omzetgrootte van bedrijf. - Prijs, kenmerk en kwaliteit van product.
   

Analyse van de internet gerelateerde diensten van de concurrent.

Sterkte/zwakte analyse: onderzoek naar sterke en zwakke punten van de marketinginstrumenten van zowel concurrent als het eigen bedrijf.


Slide 37 - Slide

Let's work
Maak nu de opgaven 4.26 en 4.29 

Slide 38 - Slide

Slide 39 - Slide