Tijdvak 7 - Les I - Verlichting en verlicht absolutisme

Havo 5 Geschiedenis
Tijdvak 7 - Les I
1 / 25
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Havo 5 Geschiedenis
Tijdvak 7 - Les I

Slide 1 - Slide

Terugblik
Bij welk kenmerkend aspect past deze bron?


Slide 2 - Open question

Na de tijd van regenten en vorsten komt het tijdvak .....

Slide 3 - Mind map

Tijd van Pruiken en Revoluties gaat over de
A
15e eeuw
B
16e eeuw
C
17e eeuw
D
18e eeuw

Slide 4 - Quiz

Kenmerkend aspect 

rationeel optimisme en ‘verlicht denken’ dat werd toegepast op alle terreinen van de samenleving: godsdienst, politiek, economie en sociale verhoudingen 

Slide 5 - Slide

Wat betekent 'verlicht denken'?

Slide 6 - Mind map

rationeel optimisme en ‘verlicht denken’ dat werd toegepast op alle terreinen van de samenleving: godsdienst, politiek, economie en sociale verhoudingen 

De wetenschappelijke revolutie in westerse landen leidde in de 18e eeuw tot groot optimisme over de mogelijkheid om met behulp van het verstand alles te begrijpen en te verbeteren. Verlichte denkers ontwikkelden nieuwe, vaak revolutionaire ideeën op het terrein van godsdienst, politiek, economie en samenleving.

Slide 7 - Slide

Wat is er niet duidelijk aan de tekst?

Slide 8 - Slide

Kun je uit de HC over het Britse Rijk (Amerikaanse koloniën) een persoon noemen die goed past bij dit KA?

Slide 9 - Mind map

In de KA staat 'verlicht denken' toepassen op godsdienst. Tot welke conclusie kan een wetenschapper/filosoof dan komen?

Slide 10 - Mind map

Examenvraag 2018/2
Gebruik bron 3.
In dit fragment wordt een opvatting weergegeven die past bij de Verlichting.

2p 10 Leg uit welke opvatting dat is. 

Slide 11 - Slide

bron 3
De Franse wiskundige en filosoof Maupertuis (1698-1759) schrijft in zijn herinneringen:
Het schouwspel van het heelal wordt groter, mooier en nog waardiger van zijn schepper, wanneer men weet dat een klein aantal wetten, die zeer wijs in elkaar zitten, voor al deze bewegingen zorgen. (...) Pas dan kan men een juist oordeel vormen van de macht en de wijsheid van het opperwezen. Wat een voldoening voor de menselijke geest die de wetten onderzoekt die het principe zijn van de beweging en de rust van alle hemellichamen, om hierin het bewijs te vinden van diegene die het heelal bestuurt.

Slide 12 - Slide

Antwoord
maximumscore 2
Kern van een juist antwoord is:
De opvatting dat de beweging van hemellichamen met behulp van
wetenschappelijk onderzoek te doorgronden is / dat uit wetenschappelijk
onderzoek / bestudering van de natuurwetten de goddelijke rol kan worden
achterhaald, past bij de rationele / empirische benadering van de
Verlichting.

Slide 13 - Slide

Kenmerkend Aspect:
 
voortbestaan van het ancien régime met pogingen om het vorstelijk bestuur op eigentijdse
verlichte wijze vorm te geven (verlicht absolutisme) 

Slide 14 - Slide

voortbestaan van het ancien régime met pogingen om het vorstelijk bestuur op eigentijdse
verlichte wijze vorm te geven (verlicht absolutisme) 

De uit de middeleeuwen stammende standenmaatschappij bleef in Europese landen bestaan tot het einde van de 18e eeuw. In een aantal landen hielden koningen vast aan het absoluut koningschap. Onder invloed van de verlichting voerden vorsten in andere landen hervormingen door.

Slide 15 - Slide

Wat is er niet duidelijk aan de tekst?

Slide 16 - Slide

voortbestaan van het ancien régime met pogingen om het vorstelijk bestuur op eigentijdse
verlichte wijze vorm te geven (verlicht absolutisme) 
`
De uit de middeleeuwen stammende standenmaatschappij bleef in Europese landen bestaan tot het einde van de 18e eeuw. In een aantal landen hielden koningen vast aan het absoluut koningschap. Onder invloed van de verlichting voerden vorsten in andere landen hervormingen door.

Slide 17 - Slide

Wat kan een hervorming zijn die zo'n verlichte absolutistische vorst doet?

Slide 18 - Mind map

Examenvraag 2021/1
Gebruik bron 7.
De opvatting van Frederik de Grote in deze bron past bij het verlicht
absolutisme.

2p 13 Toon dit aan. 

Slide 19 - Slide

In 1777 schrijft de Pruisische koning Frederik de Grote over de manier waarop een
land moet worden bestuurd:
De koning is de vertegenwoordiger van de staat. Hij en zijn volk vormen
samen één lichaam, dat alleen gelukkig kan zijn als de afzonderlijke delen
door eensgezindheid bij elkaar worden gehouden. De vorst is voor de
samenleving wat het hoofd is voor het lichaam: hij moet voor de hele
gemeenschap zien, denken en optreden om haar alle gewenste voordelen te
verschaffen. Als men wil dat het koningschap het wint van de republikeinse
staatsvorm, dan staat de opdracht van de koning vast: hij moet energiek en
eerlijk zijn, en al zijn krachten gebruiken om de taak die hem is opgelegd te
vervullen.
In 1777 schrijft de Pruisische koning Frederik de Grote over de manier waarop een land moet worden bestuurd:

De koning is de vertegenwoordiger van de staat. Hij en zijn volk vormen samen één lichaam, dat alleen gelukkig kan zijn als de afzonderlijke delen door eensgezindheid bij elkaar worden gehouden. De vorst is voor de samenleving wat het hoofd is voor het lichaam: hij moet voor de hele gemeenschap zien, denken en optreden om haar alle gewenste voordelen te verschaffen. Als men wil dat het koningschap het wint van de republikeinse  
staatsvorm, dan staat de opdracht van de koning vast: hij moet energiek en eerlijk zijn, en al zijn krachten gebruiken om de taak die hem is opgelegd te vervullen.
 

Slide 20 - Slide

Tekst bij het KA
maximumscore 2
Kern van een juist antwoord is:

Frederik de Grote gaat ervan uit dat de vorst alleen regeert (wat past bij het absolutisme), maar zijn bestuur moet wel in dienst staan van de belangen van de hele gemeenschap (wat past bij verlichtingsidealen).

Slide 21 - Slide

Tijdvak pruiken en reovoluties is de .......................... eeuw
A
17e
B
16e
C
15e
D
18e

Slide 22 - Quiz

welke hoort niet bij een verlichte absolutist?
A
grotere vrijheid van godsdienst
B
macht delen met het volk
C
onderwijs toegankelijk maken
D
voedselvoorziening verbeteren

Slide 23 - Quiz

Welk woord hoort niet bij de verlichting
A
encyclopedie
B
museum
C
winkel
D
filosofie

Slide 24 - Quiz

welk kenmerkend aspect?

Slide 25 - Open question