H3 Woordenschat een Taalverzorging

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 3

Goedemorgen klas 3KZ

Wat gaan we doen?

-vragen over figuurlijk 

taalgebruik                                -5min

-filmpje met uitleg                  -5 min

-opdracht samen                   -10 min

-opdracht zelfstandig           -10 min

-nabespreken                           -5 min

Wat is het lesdoel?

Na deze les kun je figuurlijk taalgebruik herkennen en begrijpen.

vrijdag 9 februari

H3 -Woordenschat blz. 102

12 maart

Toets over 

Woordenschat en Taalverzorging 

van Hoofdstuk 3

Wat is het verschil tussen letterlijk en figuurlijk?

"Met je handen in het haar zitten"

Figuurlijk

taalgebruik

LETTERLIJK OF FIGUURLIJK?

LETTERLIJK OF FIGUURLIJK?

filmpje met uitleg

Let goed op!

Mijn broer krijgt de baard in de keel.

1. letterlijk
2. figuurlijk

Ze viel over de vuilniszak, toen ze naar binnen liep.

1. letterlijk
2. figuurlijk

Je moet nou eens goed in je oren knopen, dat je op tijd moet komen.

1. letterlijk
2. figuurlijk

Is dit letterlijk of figuurlijk taalgebruik?

1. Letterlijk
2. Figuurlijk

Figuurlijk taalgebruik 

• Spreekwoorden
• gezegdes
• uitdrukkingen

Wat doen we samen?

startopdracht blz. 102

voorlezen tekst 1 blz. 104, 105

Nu zelf aan de slag

Opdracht 2 blz. 103, 104

Goedemorgen klas 3BZ

Wat gaan we doen?

-Hoe zat het ook alweer?       -5 min

-filmpje met uitleg                  -5 min

-opdracht samen                   -10 min

-opdracht zelfstandig           -10 min

-nabespreken                           -5 min

Wat is het lesdoel?

Na deze les kun je figuurlijk taalgebruik herkennen en begrijpen.

maandag 12 februari

Hoe zat het ook alweer?

Letterlijk en figuurlijk

letterlijk of figuurlijk?

Zijn jullie er klaar voor?!

De vakantie staat voor de deur.

Is dit letterlijk of figuurlijk taalgebruik?

1. letterlijk
2. figuurlijk

Zij zijn dikke vrienden van elkaar.

Wat betekent dikke in deze zin?

1. hele verre
2. hele lange
3. hele goede
4. hele oude

Zij zijn dikke vrienden van elkaar.

Hoe het woord dikke gebruikt?

1. letterlijk
2. figuurlijk

Oma krijgt een nieuw gebit.
Is dit letterlijk of figuurlijk taalgebruik?

1. letterlijk
2. figuurlijk

Fem trekt haar stoute schoenen aan.

Is dit letterlijk of figuurlijk taalgebruik?

1. letterlijk
2. figuurlijk

Pieter is het zonnetje in huis.

Is dit letterlijk of figuurlijk taalgebruik?

1. letterlijk
2. figuurlijk

Het vliegtuig vloog door de lucht.

Is dit letterlijk of figuurlijk taalgebruik?

1. letterlijk
2. figuurlijk

De tijd vliegt als we in de Efteling zijn.

Is dit letterlijk of figuurlijk taalgebruik.

1. letterlijk
2. figuurlijk

Welke zin is figuurlijk?

1. Mijn hart klopt heel hard.
2. Ik woon in het hart van de stad.

Aan de slag

klassikaal	opdr 3 en 4
zelfstandig	opdr 5 t/m 7

Goedemorgen klas 3BZ

Wat gaan we doen?

-Uitdrukkingen                        -5 min

-opdracht over uitdrukkingen

                                                     -10 min

-online opdrachten                -5 min

- Korte film #Tagged              -15 min

-Nabespreking film                 -5 min

Wat is het lesdoel?

Na deze les ken je de betekenis van sommige uitdrukkingen.

dinsdag 13 februari

Uitdrukkingen -blz. 107

De laatste opdrachten

boek

opdracht 8 en 9 blz. 107

online boek

extra opdrachten

moviesthatmatter.nl