Didactiek 3.6

Didactiek 3.6
Hoofdstuk 7: Communicatie en reflectie
Paragraaf 7.1: Communiceren kun je leren

1 / 13
next
Slide 1: Slide
DidactiekMBOStudiejaar 1

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Didactiek 3.6
Hoofdstuk 7: Communicatie en reflectie
Paragraaf 7.1: Communiceren kun je leren

Slide 1 - Slide

Terugkoppeling voorgaande les
  • Wat betekent reflecteren?
  • Welke 2 reflectiemodellen heb je geleerd?
  • Waarom is het voor jou als student belangrijk om te reflecteren op een situatie?  

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Lesdoelen 
Paragraaf 7.1 

  • De student weet hoe het communicatieproces verloopt en kent de bijbehorende basisbegrippen.
  • De student weet dat communicatie een cyclisch proces is.
  • De student ervaart tijdens een gesprek (interne/ externe) ruis en weet hiermee om te gaan.

Slide 4 - Slide

Waarom is communicatie
(op je stage) belangrijk?

Slide 5 - Mind map

Communicatiecyclus 

Slide 6 - Slide

Opdracht 1
Ga tegenover een medestudent staan en probeer je grens op een non-verbale communicatie aan te geven. 

Slide 7 - Slide

Ruis & (non)verbale communicatie
  • Interne ruis: afgeleid door jezelf.
  • Externe ruis: afgeleid door externe omstandigheden.

  • Verbale communicatie: Met taal, spreken en schrijven.
  • Non-verbale communicatie: Met handgebaren en   gezichtsuitdrukking.




Slide 8 - Slide

Opdracht 
Maak tweetallen:
  • Speler A: maakt een tekening op een A4 blad, zonder dat speler B dit ziet.
  • Speler A: legt aan speler B uit wat hij/zij heeft getekend.
  • Speler B: probeert de tekening precies na te tekenen.

Op de achtergrond hoor je muziek. 

Slide 9 - Slide

Tijdens deze opdracht was er voornamelijk sprake van..
A
Verbale communicatie
B
Non-verbale communicatie

Slide 10 - Quiz

Tijdens deze opdracht was er met name sprake van..
A
Interne ruis
B
Externe ruis

Slide 11 - Quiz

Eindopdracht 3.6
Ga in tweetallen in gesprek over je stage en film dit (kies een situatie uit).
Stuur het filmpje op naar mijn mailadres (d.dehaze@curio.nl)

Wat verwerk je in je eindopdracht:
  • Beschrijf wie de zender en ontvanger was & waaraan je dit herkent.
  • Beschrijf wat de boodschap was en welke situatie zich afspeelde.
  • Beschrijf wanneer en hoe er spraken was van verbale -en non-verbale communicatie. En beschrijf hoe je dit herkent.
  • Beschrijf of er spraken was van interne of externe ruis en waaraan je dit herkent. 

Slide 12 - Slide

Voor volgende week 
Hoofdstuk 7: Communicatie en reflectie
Paragraaf 7.3: Omgaan met reacties van anderen

Slide 13 - Slide