This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
herhalen druk
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
De brede banden zorgen voor:
A
een grotere druk op de grond
B
een kleinere druk op de grond
Slide 3 - Quiz
Waarom is de kleinere druk op de grond een voordeel?
Slide 4 - Open question
druk = kracht : oppervlakte Op een auto werkt een zwaartekracht van 12 000 N. De banden maken op een oppervlakte van 1600 cm2 contact met de weg. Bereken de druk van de banden op de weg.
A
15N/cm2
B
7,5 N/cm^2
C
12000 N
D
650 N
Slide 5 - Quiz
De punaise heeft een klein oppervlakte die contact maakt met de muur. Dit zorgt ervoor dat de druk
A
groter wordt
B
kleiner wordt
Slide 6 - Quiz
Waarom lukt het niet met een spijker om deze met de kracht van één vinger door een muur te krijgen?
Slide 7 - Open question
Josephine staat op de grond. Het oppervlakte van haar schoenen is 50 cm^2. Ze weegt 70 kg. Wat is de druk op de grond? Druk= kracht : oppervlakte
Slide 8 - Open question
Josephine wilt de druk vergroten. Wat kan ze het beste doen? (2 antwoorden goed)
A
op één voet staan
B
op de grond gaan liggen
C
een zware rugzak opdoen
Slide 9 - Quiz
Thijs slaat met een hamer een spijker. De hamer weegt 0,8 kg. Wat is de zwaartkracht op de hamer?
A
0,8 N
B
8 N
C
4
D
40 N
Slide 10 - Quiz
Welk woord moet er bij de oranje lijn staan (die verwijst naar het stipje waar de kracht werkt)?
Slide 11 - Open question
De lengte van een krachtpijl is 5,0 cm. De krachtenschaal is 1 cm ≙ 0,8 N. Bereken hoe groot de kracht is