13.3 In evenwicht

Paragraaf 1 Dierenwelzijn
13.3 In evenwicht
1 / 14
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 14 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Paragraaf 1 Dierenwelzijn
13.3 In evenwicht

Slide 1 - Slide

Deze les:
-  13.3 In evenwicht

Slide 2 - Slide

13.3 Leerdoelen + begrippen
5. Je beschrijft de invloed van het zenuwstelsel en het hormoonstelsel op de homeostase van het inwendige milieu
10. Je beschrijft de temperatuurregulatie van het lichaam
11. Je beschrijft hoe het lichaam de samenstelling van de weefselvloeistof constant houdt. 
12. Je benoemt de uitscheidingsorganen in het lichaam en beschrijft hun functie.

glucoseconcentratie, weefselvloeistof, inwendig- en uitwendig milieu, negatieve terugkoppeling, dynamisch evenwicht, homeostase, temperatuurregulatie, lichaamstemperatuur, zweetklieren, zweet, exocriene klieren, temperatuurreceptoren.

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Inwendig milieu - Homeostase
Je lichaam probeert je inwendige milieu zo constant mogelijk te houden zodat de omgeving van cellen zo optimaal mogelijk is (osmotische waarde, zuurgraad, aanwezigheid mineralen en brandstoffen, temperatuur).

Het vermogen van het lichaam om je inwendige milieu constant te houden heet homeostase.

Slide 6 - Slide

Inwendig milieu - Homeostase
Hoe?
Lichaam meet continu de waardes (Ca2+, Na+, K+, CO2, O2, glucose, pH en temperatuur) met behulp van gespecialiseerde zintuigcellen (receptoren).

Ook heeft het lichaam een bepaalde normwaarden waar het naar streeft.

Slide 7 - Slide

Regelkring
= effector

Slide 8 - Slide

Terugkoppeling
Negatieve terugkoppeling = product remt eigen aanmaak (schommeling rond een norm) (meestal het geval!)
Positieve terugkoppeling = product stimuleert eigen aanmaak (er komt meer en meer en meer...) (bijv. bevalling)

Slide 9 - Slide

Dynamisch evenwicht
Door een regelkring met negatieve terugkoppeling gaan de waarden schommelen rondom de norm = dynamisch evenwicht.

Waarde boven de norm? effectoren zorgen dat de waarde verlaagt (en visa versa). 

Slide 10 - Slide

Ademprikkel
Hoge CO2 concentratie: ademfrequentie en ademvolume moeten omhoog

Slide 11 - Slide

Temperatuurregeling
Temperatuurregulatie

Slide 12 - Slide

Regeling bloedsuikerspiegel

Slide 13 - Slide

Huiswerk
- Maken 13.3 opdr. 35 t/m 52 (via nectar digitaal)


Slide 14 - Slide