Suikerziekte

Goed geregeld
Leerdoelen
1. Je kan uitleggen waardoor je lichaam altijd genoeg glucose heeft.
2. Je kan uitleggen wat diabetes is.
1 / 12
next
Slide 1: Slide
Mens & NatuurMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 12 slides, with interactive quiz, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Goed geregeld
Leerdoelen
1. Je kan uitleggen waardoor je lichaam altijd genoeg glucose heeft.
2. Je kan uitleggen wat diabetes is.

Slide 1 - Slide

Zoek het uit! 
Hoe werkt de regeling van de hoeveelheid glucose in het bloed?

Ik wijs 2 groepjes aan om het te even te presenteren!

timer
5:00

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

SUIKERZIEKTE

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Dus...
  • In je lichaam worden koolhydraten omgezet in suikers
  • Teveel suiker in je bloed is niet goed
  • Insuline haalt suiker uit het bloed
  • Diabetici hebben geen of niet voldoende insuline
  • Je hebt diabetes type 1 en 2
  • Afhankelijk v.h. type: insuline spuiten of gezonder leven

Slide 6 - Slide

Wat is er aan de hand bij suikerziekte?
Wat wordt er NIET aangemaakt?

Slide 7 - Open question

Symptomen Suikerziekte


  • Veel plassen (lichaam wil van suikers af)
  • Veel dorst
  • Veel afvallen (vetverbranding, omdat suikers niet gebruikt kunnen worden)
  • Acetonadem (lichaam kan afvalstoffen niet kwijt)
  • Misselijk en moe

Slide 8 - Slide

Type 1

Komt het minst voor
Lichaam maakt geen insuline meer
Auto-immuunziekte
Vaak genetisch bepaald
Insuline spuiten of pompje
Koolhydraten tellen!
Type 2

Komt het meest voor
Lichaam reageert niet goed op insuline
Overgewicht, roken, weinig bewegen en ongezond eten risicofactoren
Behandeling: gezonder leven + medicijnen, soms spuiten

Slide 9 - Slide

Bij een hyper:

  • Teveel suiker in het bloed: >10 mmol
  • Veel plassen en dorst
  • Moe en humeurig
  • Misselijk en overgeven
  • Doen: bewegen + insuline spuiten
  • Erge hypo? --> Flauwvallen of coma --> ziekenhuis!

Slide 10 - Slide

Hypo
  • Te weinig suiker in bloed: < 4 mmol
  • Zweten, trillen, duizelig
  • Plotseling wisselend humeur
  • Hoofdpijn en moe
  • Hongerig
  • Doen: suikers eten!

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video