Opdracht:
maak in je schrift van onderstaande woorden zeven duo's. Welke twee woorden horen telkens bij elkaar?
Zet ze per duo in een logische volgorde, welke van de twee komt eerst?
antwoord – argument – onderdelen – oplossing – probleem – samengesteld geheel – situatie vroeger – situatie nu – standpunt – verklaring(en) – verschijnsel – voor- en nadelen – vraag – vraag/stelling