Les 5 "En nog meer grammatica"

1 / 18
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Programma

1. Huiswerk vergelijken
2. Het meervoud van zelfstandige naamwoorden



Slide 2 - Slide

Het bezittelijk voornaamwoord
(de ein-groep)


mein(e) = mijn 
dein(e) = jouw
sein(e) = zijn 
ihr(e) = haar
unser(e) = ons/onze
euer(e) = jullie 
ihr(e)/Ihr(e) = hun/uw
bij vrouwelijke woorden 
en woorden in het meervoud
komt een -e bij!
Onthoud het lidwoord "die"!

Slide 3 - Slide

Het huiswerk vergelijken
WB blz. 13 
opdracht 3.5
WB blz. 16 en 17 opdracht 4.3

Slide 4 - Slide

Het meervoud 
van zelfstandige naamwoorden
 mannelijk: -e + Umlaut; woorden op -er, -el of -en krijgen geen uitgang; woorden op -e krijgen een -n

vrouwelijk: -en; woorden op -e, -el of -er krijgen een -n; woorden op -in krijgen een -nen

onzijdig: -e of -er + Umlaut; woorden op -el, -er, -chen, -lein krijgen geen uitgang
                                                                                                                        Lidwoord: altijd DIE

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Opdracht

Werkboek (Trabi Tour havo/vwo B) blz. 17
Opdracht 4.4

Slide 7 - Slide

Maak het meervoud:
der Zahn

Slide 8 - Open question

Maak het meervoud:
der Kopf

Slide 9 - Open question

Maak het meervoud:
das Schaf

Slide 10 - Open question

Maak het meervoud:
die Nase

Slide 11 - Open question

Maak het meervoud:
die Bäuerin

Slide 12 - Open question

Maak het meervoud:
das Brot

Slide 13 - Open question

Maak het meervoud:
der Arbeiter

Slide 14 - Open question

Maak het meervoud:
die Wohnung

Slide 15 - Open question

Maak het meervoud:
der Tierarzt

Slide 16 - Open question

Maak het meervoud:
das Zimmer

Slide 17 - Open question

Wat gaan we volgende keer doen?
SO 1 Periode 3 

Wörterliste B (Kapitel 4)

Slide 18 - Slide