3. De binocle Couperus

1 / 24
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Wat is naturalisme?

Slide 5 - Open question

Als je voor een dubbeltje geboren bent,Bereik je nooit een kwartje.
 Of je Grieks, Latijn of twintig talen kent,   Gerust, het leven tart je. 
Je verbeeldt je dat je aan de touwtjes trekt, Maar och, het leven smijt je heen en weer.  
Als je voor een dubbeltje geboren bent, Bereik je nooit een stuiver meer.
naturalisme: 
een nerveuze, overgevoelige hoofdpersoon
ontnuchtering na hooggespannen verwachtingen
determinisme
haat tegen de burgerij  (niet in het vroege werk van Couperus)
seksualiteit
een personele verteller: De vrije indirecte rede beschrijft wat er in de personages omgaat 
Geloofwaardig; de plaatsen bestaan echt, de gebeurtenissen zijn actueel
Haast wetenschappelijke analyses volgens de evolutieleer, medisch, psychologisch en sociologisch

Slide 6 - Slide

we lezen 'de binocle'

Slide 7 - Slide

Deterministisch verhaal.
Leg uit!

Slide 8 - Open question

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Wat valt je op aan de schrijfstijl van Couperus?

Slide 11 - Open question

Wat is een motief?

Slide 12 - Open question

Beschrijf het karakter van de toerist. Hoe zit je hier een typisch naturalistisch karakter in? Geef voorbeelden uit de tekst.

Slide 13 - Open question

Wat zijn motieven in De binocle

Slide 14 - Open question

Motieven
Vogelmotief: "onbehagelijke vogeltronie" (p. 1), "vogelgezicht" (p. 2), ¨ fladderdalen" (p. 2), "als een vogel" (p. 2), "duivengrijze" (p. 3), "fladderende programma" (p. 3) + vogelperspectief

Binocle: "weer zette hij de binocle op de richel, waar boven, als een dubbel torentje, de zwarte kijker uitstak" (p. 3)

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Gaat het over toeval of noodlot?

Slide 19 - Open question

Intertekstualiteit is het voorkomen in literaire teksten van echo's van andere (literaire) teksten/kunsten. Welke verwijzingen zien we terug in Binocle? Wat zou dit betekenen?

Slide 20 - Open question

Slide 21 - Slide

aanraders periode 1880-1900
Louis Couperus: Noodlot, Eline Vere, De stille kracht, Van oude mensen de dingen die voorbij gaan
Marcellus Emants: Juffrouw Lina, Een nagelaten bekentenis
Frederik van Eeden: De kleine Johannnes, Van de koele meren des doods
Frans Coenen: Zondagsrust, In duisternis, Verveling
P.A. Daum: Indische mensen in Holland; Van Bakel,ing.B.O.W., UIt de suiker in de tabak
Cecile de Jong van Beek en Donk: Hilda van Suylenburg

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Video

Lezen voor de lijst
De Binocle - Louis Couperus - 1920 - Niveau 4

Slide 24 - Slide