Voorbereiding SO Oude Grieken

Voorbereiding S.O. Oude Grieken
1 / 27
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Voorbereiding S.O. Oude Grieken

Slide 1 - Slide

Leerstof (ook in Somtoday)
Paragraaf 3.1 De Griekse Wereld
Paragraaf 3.2 Het bestuur van de stadstaat
Paragraaf 3.4 Strijden of sporten

Begrippen 3.1, 3.2 en 3.4 (achterin hoofdstuk 3)
Leerdoelen 3.1, 3,2 en 3.4 (zie Somtoday)
Aantekeningen docent (zie eigen schrift/Somtoday)

Slide 2 - Slide

Leerdoelen 3.1
  1. Ik kan verklaren waarom er in het oude Griekenland zelfstandige stadstaten ontstonden.
  2. Ik kan een oorzaak benoemen voor de Griekse kolonisatie.
  3. Ik kan een gevolg benoemen van de Griekse kolonisatie.
  4. Ik kan een beschrijving geven van een Griekse stad en het leven daarin.
  5. Ik kan de vier sociale groepen uit de Atheense samenleving benoemen en per groep een korte beschrijving geven.
  6. Ik kan de drie sociale groepen uit de Spartaanse samenleving benoemen en per groep een korte beschrijving geven.
Leerdoelen 3.1 De Griekse wereld

  1. Ik kan verklaren waarom er in het oude Griekenland zelfstandige stadstaten ontstonden.
  2. Ik kan een oorzaak benoemen voor de Griekse kolonisatie.
  3. Ik kan een gevolg benoemen van de Griekse kolonisatie.
  4. Ik kan een beschrijving geven van een Griekse stad en het leven daarin.
  5. Ik kan de vier sociale groepen uit de Atheense samenleving benoemen en per groep een korte beschrijving geven.
  6. Ik kan de drie sociale groepen uit de Spartaanse samenleving benoemen en per groep een korte beschrijving geven.

Slide 3 - Slide

Welk begrip hoort bij welke beschrijving? 
(sleep het juiste begrip naar de juiste beschrijving)
Als een persoon of gebied 
voor zichzelf zorgt
In je macht krijgen, 
onder je bestuur krijgen
Staat die bestaat uit een stad 
en het gebied eromheen
Gebied waar een groep 
mensen zich vestigt
Kolonie
Stadstaat
Zelfstandig
Onderwerpen

Slide 4 - Drag question


Feit 1: Griekenland heeft veel bergen en eilanden.
Feit 2: De Grieken leefden in zelfstandige stadstaten.

Is feit 1 een OORZAAK of een GEVOLG van feit 2?

A
Oorzaak
B
Gevolg

Slide 5 - Quiz

Feit 1: Verschillende culturen in het Middellandse Zeegebied kwamen met elkaar in contact.
Feit 2: Handel groeide in het Middellandse Zeegebied.

Is feit 1 een OORZAAK of een GEVOLG van feit 2?
A
Oorzaak
B
Gevolg

Slide 6 - Quiz


Feit 1: De Grieken stichtten zelfstandige kolonies.
Feit 2: Handel groeide in het Middellandse Zeegebied.

Is feit 1 een OORZAAK of een GEVOLG van feit 2?
A
Oorzaak
B
Gevolg

Slide 7 - Quiz


Hoe heet het plein
op de afbeelding?
A
Akropolis
B
Agora
C
Delphi
D
Polis

Slide 8 - Quiz


Welke soort samenleving hoort
bij de Griekse stadstaten?
A
Landbouwsamenleving
B
Samenleving van jager-verzamelaars
C
Landbouwstedelijke samenleving
D
Informatiesamenleving

Slide 9 - Quiz

Op welke plek in de Atheense samenleving staat de groep? 
(sleep de juiste sociale groep naar de juiste plek)
1
2
3
4
Migranten
Slaven
Vrije mannen met 
in Athene geboren ouders
Vrouwen

Slide 10 - Drag question


Alle Spartaanse mannen kregen
een harde militaire opleiding.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 11 - Quiz


De omwonenden van Sparta
heersten over de overwonnenen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 12 - Quiz


De overwonnenen hadden
bepaalde rechten in Sparta.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 13 - Quiz

Leerdoelen 3.1
  1. Ik kan verklaren waarom er in het oude Griekenland zelfstandige stadstaten ontstonden.
  2. Ik kan een oorzaak benoemen voor de Griekse kolonisatie.
  3. Ik kan een gevolg benoemen van de Griekse kolonisatie.
  4. Ik kan een beschrijving geven van een Griekse stad en het leven daarin.
  5. Ik kan de vier sociale groepen uit de Atheense samenleving benoemen en per groep een korte beschrijving geven.
  6. Ik kan de drie sociale groepen uit de Spartaanse samenleving benoemen en per groep een korte beschrijving geven.
Leerdoelen 3.2 het bestuur van de stadstaat

  1. Ik kan uitleggen hoe een stadstaat bestuurd werd in een monarchie.
  2. Ik kan uitleggen hoe een stadstaat bestuurd werd in een aristocratie.
  3. Ik kan uitleggen wat een tiran is en hoe deze aan de macht kwam.
  4. Ik kan uitleggen wat een democratie is en hoe deze werd toegepast in de Atheense stadstaat.

Slide 14 - Slide

Welk begrip hoort bij welke beschrijving? 
(sleep het juiste begrip naar de juiste beschrijving)
staat met
één vorst
alleenheerser die onwettig
de macht heeft gegrepen
regering van een groep
aanzienlijke mensen
(volksregering), bestuur
waarbij het volk beslist
Aristocratie
Democratie
Tiran
Monarchie

Slide 15 - Drag question

Door de invoering van de democratie kregen alle inwoners van Athene burgerrechten.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 16 - Quiz

Een deel van de Atheense onderdanen werd burger door de invoering van democratie.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 17 - Quiz

In de Atheense democratie kozen burgers vertegenwoordigers in de volksvergadering.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 18 - Quiz

Vrije Atheense mannen, van wie de ouders in de stadstaat geboren waren, kregen burgerrechten.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 19 - Quiz

Leerdoelen 3.1
  1. Ik kan verklaren waarom er in het oude Griekenland zelfstandige stadstaten ontstonden.
  2. Ik kan een oorzaak benoemen voor de Griekse kolonisatie.
  3. Ik kan een gevolg benoemen van de Griekse kolonisatie.
  4. Ik kan een beschrijving geven van een Griekse stad en het leven daarin.
  5. Ik kan de vier sociale groepen uit de Atheense samenleving benoemen en per groep een korte beschrijving geven.
  6. Ik kan de drie sociale groepen uit de Spartaanse samenleving benoemen en per groep een korte beschrijving geven.
Leerdoelen 3.4 Strijden of sporten

  1. Ik kan twee voorbeelden benoemen van oorlogen die de Oude Grieken hebben gevoerd.
  2. Ik kan uitleggen welke rol sport in de Griekse oudheid heeft gespeeld.

Slide 20 - Slide

Welk begrip hoort bij welke beschrijving? 
(sleep het juiste begrip naar de juiste beschrijving)
Reden
Medestander
Goede reden
Directe oorzaak
Bondgenoot
Motief
Aanleiding
Argument

Slide 21 - Drag question


Athene en Sparta bestrijden elkaar.
A
Perzische Oorlogen
B
Peloponnesische Oorlog

Slide 22 - Quiz


De Grieken verslaan het leger van koning Darius I bij Marathon.
A
De eerste Perzische Oorlog
B
De tweede Perzische Oorlog

Slide 23 - Quiz

Na de Peloponnesische Oorlog wordt Athene het politieke en culturele centrum van de Griekse wereld. De stadstaten Korinthe, Megara en Sparta worden onderdeel van Athene.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 24 - Quiz

Waarom zijn de Olympische Spelen voor strijdende stadstaten een argument om een wapenstilstand af te spreken?
(kies de twee juiste antwoorden)
A
Omdat de sportieve prestaties nauw zijn verbonden met hun religie
B
Omdat ze de speren moeten kunnen gebruiken voor het speerwerpen
C
Omdat iedere zes jaar rust pakken goed is voor de uitgeputte soldaten
D
Omdat atleten en toeschouwers dan veilig naar Olympia kunnen reizen

Slide 25 - Quiz


Ik ben druk bezig met leren!
Jazeker!
Ik ga vandaag beginnen!
Is er een S.O.?!

Slide 26 - Poll

Leerstof (ook in Somtoday)
Paragraaf 3.1 De Griekse Wereld
Paragraaf 3.2 Het bestuur van de stadstaat
Paragraaf 3.4 Strijden of sporten

Begrippen 3.1, 3.2 en 3.4 (achterin hoofdstuk 3)
Leerdoelen 3.1, 3,2 en 3.4 (zie Somtoday)
Aantekeningen docent (zie eigen schrift/Somtoday)

Slide 27 - Slide