Als je inkomen hetzelfde blijft en de prijzen stijgen, daalt je koopkracht.
Als je inkomen stijgt en de prijzen hetzelfde blijven, stijgt je koopkracht.
Wanneer je koopkracht stijgt, kun je meer behoeften vervullen. Je welvaart stijgt dan.
Slide 21 - Slide
Inflatie
Inflatie = algemene stijging van de prijzen
Koopkracht =
hoeveel je kunt kopen van je geld
Loon = stijgt of daalt. Wat heeft dit met koopkracht te maken?
Slide 22 - Slide
Slide 23 - Slide
Indexcijfers
indexcijfers vergelijken
basisjaar
procent
Slide 24 - Slide
RIC = NIC / PIC x 100
Slide 25 - Slide
Inflatie (CPI)
Slide 26 - Slide
Reeël index cijfer
RIC = NIC / PIC x 100
NIC = Nominaal IndexCijfer
PIC = prijsindexcijfer (CPI)
RIC = Reele IndexCijfer
Slide 27 - Slide
CPI (1)
Slide 28 - Slide
Ten opzichte van 2008 is het inkomen van Kim Il Sung gestegen van € 1.800 naar € 2.100 per maand. In diezelfde periode steeg het prijsindexcijfer van 109 naar 115. Met hoeveel procent is het reëel inkomen van Kim Il Sung in diezelfde periode veranderd?