This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
1.3
Arbeiders gaan samenwerken
Slide 1 - Slide
Hoe noemen we het als mensen thuis met de hand grondstoffen verwerken tot producten?
Slide 2 - Open question
Noem 3 oorzaken van de industrialisatie.
Slide 3 - Open question
Noem 6 gevolgen van de industrialisatie.
Slide 4 - Open question
Geef 4 redenen waarom de leef- en werkomstandigheden voor de fabrieksarbeiders extreem slecht waren.
Slide 5 - Open question
Arbeiderswijken hadden vaak geen stromend water en riolering. Wat was daarvan het gevolg?
Slide 6 - Open question
Wat waren de ideeën van de liberalen?
Slide 7 - Open question
Samen sterk
Slide 8 - Slide
Samen sterk
Arme mensen kregen alleen maar hulp via liefdadigheid.
Slide 9 - Slide
Samen sterk
Arme mensen kregen alleen maar hulp via liefdadigheid.
Daarom probeerden arbeiders zelf hun werk- en leefomstandigheden te verbeteren. Ze richtten vakbonden op.
Slide 10 - Slide
Ze streden voor:
-hogere lonen
-kortere werktijden
-de afschaffing van kinderarbeid.
Slide 11 - Slide
Een van de manieren om werkgevers onder druk te zetten was het organiseren van stakingen.
Slide 12 - Slide
Waarom worden werkgevers door stakingen onder druk gezet?
Slide 13 - Open question
Het socialisme
Slide 14 - Slide
Het socialisme
Aanhangers van het socialisme vonden het verschil tussen arm en rijk oneerlijk.
Slide 15 - Slide
Het socialisme
Aanhangers van het socialisme vonden het verschil tussen arm en rijk oneerlijk.
De socialisten vonden dat geld en bezit eerlijker verdeeld moest worden.
Slide 16 - Slide
Socialisten in 1881 een politieke partij op.
Slide 17 - Slide
Socialisten in 1881 een politieke partij op.
Een van hun belangrijkste doelen was algemeen kiesrecht.
Slide 18 - Slide
Welke politieke stroming zat voornamelijk in de tweede kamer?
Slide 19 - Open question
Op welke manier konden de socialisten via de Tweede Kamer invloed uitoefenen?
Slide 20 - Open question
Slide 21 - Slide
Geef 4 redenen waarom de leef- en werkomstandigheden voor de fabrieksarbeiders extreem slecht waren.
Slide 22 - Open question
Wat waren de ideeën van de liberalen?
Slide 23 - Open question
Wat waren de ideeën van de socialisten?
Slide 24 - Open question
Sociale wetten
Slide 25 - Slide
Sociale wetten
Door sociale wetten werden rond 1900 de werk- en leefomstandigheden van arbeiders beter.
Slide 26 - Slide
Sociale wetten
Door sociale wetten werden rond 1900 de werk- en leefomstandigheden van arbeiders beter.
Sociale wetten zijn wetten die mensen beschermen tegen de gevolgen van ziekte, armoede of ouderdom
Slide 27 - Slide
Voorbeelden zijn:
-De Ongevallenwet
(Als je door een ongeluk niet meer konden werken, kreeg jeeen inkomen van de regering)
Slide 28 - Slide
Voorbeelden zijn:
-De Ongevallenwet
(Als je door een ongeluk niet meer konden werken, kreeg jeeen inkomen van de regering)
-Het Kinderwetje van Van Houten
(kinderen onder 12 jaar mogen niet in fabrieken werken.)
Slide 29 - Slide
Voorbeelden zijn:
-De Ongevallenwet
(Als je door een ongeluk niet meer konden werken, kreeg jeeen inkomen van de regering)
-Het Kinderwetje van Van Houten
(kinderen onder 12 jaar mogen niet in fabrieken werken.)
-De leerplichtwet
(kinderen tussen 6 en 12 jaar moesten naar school)
Slide 30 - Slide
De belangrijkste reden voor de invoering van de eerste leerplichtwet was het voorkomen van kinderarbeid. Kinderarbeid was al verboden, maar niet iedereen hield zich daar aan. Leg uit hoe de invoering van leerplicht kon helpen bij het verbod op kinderarbeid.
Slide 31 - Open question
Hierdoor werden rond 1900 de werk- en leefomstandigheden van arbeiders beter.
Slide 32 - Slide
Hierdoor werden rond 1900 de werk- en leefomstandigheden van arbeiders beter.