Vaste vergelijkingen

Vaste vergelijkingen
1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Vaste vergelijkingen

Slide 1 - Slide

Vaste vergelijkingen

Slide 2 - Slide

Vergelijking
2 dingen die op elkaar lijken zet je naast elkaar
Figuurlijk

Slide 3 - Slide

Vaste vergelijkingen
Sommige vergelijkingen hebben vaste combinaties 
Vorm: zo ..... als

Vb. zo wit als sneeuw

Slide 4 - Slide

vul aan:
Zo groen als....
A
sneeuw
B
water
C
gras
D
asvalt

Slide 5 - Quiz

Vul aan:
zo rood als een...
A
kreeft
B
schaap
C
vlinder
D
krab

Slide 6 - Quiz

Vul in:
Zo rond als een
A
munt
B
tonnetje
C
knoop
D
band

Slide 7 - Quiz

'Zo vlug als water' is een ...
A
Vaste vergelijking
B
Spreekwoord

Slide 8 - Quiz

'Boontje komt op zijn loontje' is een...
A
Vaste vergelijking
B
Spreekwoord

Slide 9 - Quiz

Toen de wekker ging, was hij zo duf als een konijn
A
Vaste vergelijking
B
Spreekwoord

Slide 10 - Quiz

Vaste vergelijkingen
  • In een vergelijking zet je twee dingen naast elkaar
  • Je vergelijkt
  • Een vergelijking is altijd figuurlijk bedoeld
  • Vaste vergelijkingen hebben meestal de vorm: zo...als....

- Voorbeelden

zo wit als een sneeuw

zo groen als gras

Jesper is zo sterk als een beer

Slide 11 - Slide

opdracht 1
a Na de gymles was Laura zo stijf als een....
A
koe
B
paling
C
plank
D
lat

Slide 12 - Quiz

opdracht 1
b. De juwelendief was zo vlug als....
A
kraai
B
water
C
vis
D
zee

Slide 13 - Quiz

opdracht 1
c. Mijn kleine broertje is zo bang als een...
A
kraai
B
garnaal
C
wezel
D
vis

Slide 14 - Quiz

opdracht 1
d. Onze tent was zo lek als een...
A
mandje
B
water
C
plank
D
vis

Slide 15 - Quiz

opdracht 1
e. De deelnemer aan de talentenjacht zingt zo vals als een...
A
wezel
B
glas
C
plank
D
kraai

Slide 16 - Quiz

opdracht 1
f. Volgens de dokter is mijn oma zo gezond als een...
A
garnaal
B
kreeft
C
krab
D
vis

Slide 17 - Quiz