18 janvier 22 chap3 quiz vocabulaire a b ph clé ce cet cette ces

Programme du cours
But: jij kan het aanwijzend voornaamwoord in het Frans gebruiken, en de telwoorden ken je alle regels geen -, -, et.
hw was 9 t/m 14- Questions? Apprendre A 
Explication les adjectifs démonstratifs
Faire les exercices 17abcd 18 abc 19 20 21 22
Devoirs:
Apprendre AB chap 3 + aanw. vnw + faire les exercices en ligne 17 18 19 20 21 22


1 / 10
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 10 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Programme du cours
But: jij kan het aanwijzend voornaamwoord in het Frans gebruiken, en de telwoorden ken je alle regels geen -, -, et.
hw was 9 t/m 14- Questions? Apprendre A 
Explication les adjectifs démonstratifs
Faire les exercices 17abcd 18 abc 19 20 21 22
Devoirs:
Apprendre AB chap 3 + aanw. vnw + faire les exercices en ligne 17 18 19 20 21 22


Slide 1 - Slide

Toelichting aanwijzend voornaamwoord in het Nederlands 
Een aanwijzend voornaamwoord vertelt zelf eigenlijk al wat het doet. 
Je gebruikt het wanneer je iets aanwijst. Dus bijvoorbeeld:
Dat meisje heeft een mooie tekening gemaakt.
 Dat = aanwijzend vnw

Slide 2 - Slide

Noem de 4 aanwijzende voornaamwoorden in het Nederlands!

Slide 3 - Open question

Stappenplan
Hoe gebruik je het aanwijzend voornaamwoord in het Frans?

in het Frans hebben we : "ces cette ce cet"

Slide 4 - Slide

1- les woorden (les devoirs)
gebruik je ces
ces devoirs
ces livres
ces cahiers

Slide 5 - Slide

2- la / l' woorden (la prof)
gebruik je cette
cette prof
cette histoire
cette adresse

Slide 6 - Slide

3- le woorden (le livre)
gebruik je ce
ce livre
Let op uitzondering!

Slide 7 - Slide

4- l' woorden (mev) l'éléphant
gebruik je cet
cet éléphant 
cet hôpital
cet album

Slide 8 - Slide

Faire et correction les exercices 
17 18 19 20 

Slide 9 - Slide

phrases clés 
lire les phrases clés + exercices

Slide 10 - Slide