2.3 Lezen

2.3 Lezen

PAK VOOR JE:
- Laptop met Lessonup
- Talent boek blz. 97 
LEERDOELEN

- Aan het einde van de les herkennen de leerlingen de tekstdelen inleiding, kern, slot.

- Aan het einde van de les herkennen de leerlingen signaalwoorden die een tegenstelling aangeven.
- Aan het einde van de les herkennen de leerlingen signaalwoorden die een voorbeeld aangeven.


1 / 22
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

2.3 Lezen

PAK VOOR JE:
- Laptop met Lessonup
- Talent boek blz. 97 
LEERDOELEN

- Aan het einde van de les herkennen de leerlingen de tekstdelen inleiding, kern, slot.

- Aan het einde van de les herkennen de leerlingen signaalwoorden die een tegenstelling aangeven.
- Aan het einde van de les herkennen de leerlingen signaalwoorden die een voorbeeld aangeven.


Slide 1 - Slide

TERUGBLIK
Tekstdoelen

Een nieuwsbericht heeft als tekstdoel:
timer
0:20
A
informeren
B
overtuigen
C
activeren
D
amuseren

Slide 2 - Quiz

verkennend lezen
A
Je wilt weten of de tekst interessant is voor jou.
B
Je wilt begrijpen wat er in de tekst staat.
C
Je wilt het antwoord weten op een vraag.
D
Je wilt onthouden wat er in de tekst staat.

Slide 3 - Quiz

Wat is het onderwerp van een tekst? Het onderwerp van een tekst...
A
... vertelt in één woord of een paar woorden waar de tekst over gaat.
B
... vertelt waar de tekst vandaan komt.
C
... vertelt wat iemand ergens van vindt.
D
... vertelt wat waar of niet waar is.

Slide 4 - Quiz

Tekstdoelen

Een politierapport heeft als tekstdoel:
A
Informeren
B
Overtuigen
C
Activeren

Slide 5 - Quiz

Tekstdoelen

Een reclametekst heeft als tekstdoel:
A
Informeren
B
Overtuigen
C
Activeren

Slide 6 - Quiz

Wat is nauwkeurig lezen?
A
De tekst snel bekijken
B
Informatie opzoeken in een tekst of op internet
C
De tekst van begin tot eind lezen
D
Leren en onthouden van de hele tekst

Slide 7 - Quiz

Wat kan de functie van de inleiding zijn?
A
Samenvatten
B
Het onderwerp noemen
C
Mening geven van de schrijver

Slide 8 - Quiz

Wat staat er in het slot van de tekst?
A
een grappig verhaaltje
B
een korte herhaling
C
een voorbeeld

Slide 9 - Quiz

Indeling van een tekst
Inleiding

Kern

Slot

Slide 10 - Slide

Noem een functie die de inleiding kan hebben

Slide 11 - Open question

Functies van de inleiding
- Aandacht trekken van de lezer
- Het onderwerp introduceren
- Een mening over het onderwerp geven
- Een vraag over het onderwerp stellen
- Een korte samenvatting van de tekst geven

Slide 12 - Slide

Kern
- Na de inleiding
- Grootste deel van de tekst
- Vaak meerdere alinea's
- Informatie over verschillende deelonderwerpen (tussenkopjes)

Slide 13 - Slide

Slot
- Laatste onderdeel

- Samenvatting geven
- Een tip geven
- Antwoord geven op de vraag uit de inleiding

Slide 14 - Slide

AAN DE SLAG

Maak opdracht 1 t/m 9 van 2.3 LEZEN

Klaar? 
Trainen hoofdstuk 2 (staat direct rechts in beeld wanneer je H2 opent)

Slide 15 - Slide

Signaalwoorden tegenstelling
- Maar:                           Ik wilde gaan sporten, maar het begon te regenen.
- Daarentegen:          Hij houdt niet van zwemmen, daarentegen is hij dol op wandelen
- Echter                         k had mijn wekker gezet, echter was ik toch te laat opgestaan.
- Toch:                           Het regende, toch gingen we naar het strand.
- Integendeel:           Het is niet saai, integendeel, het is heel spannend!

De weerman voorspelde mooi weer, maar het regende erg hard.
Hij houdt van boeken lezen, daarentegen kijkt zij liever series.
Het leek een eenvoudige opdracht, echter was het erg ingewikkeld.
Het was koud buiten, toch ging hij zonder jas naar buiten.
Ze zei dat ze moe was, integendeel, ze had nog veel energie.

Slide 16 - Slide

Wat is geen signaalwoord voor een tegenstelling?
A
Maar
B
Vervolgens
C
Daarentegen
D
Toch

Slide 17 - Quiz

Signaalwoorden voorbeeld
- Bijvoorbeeld:                   Veel dieren houden een winterslaap, bijvoorbeeld beren en egels.

- Zoals:                                   Sommige groenten, zoals broccoli en spinazie, zijn erg gezond.

- Zo:                                         Je kunt je afval scheiden, zo help je het milieu een handje.

- Ter illustratie:                 De aarde warmt steeds sneller op, ter illustratie, de ijskappen smelten nu                                                   twee keer zo snel als 20 jaar geleden.

- Een voorbeeld hiervan:           Goede voorbereiding is belangrijk. Een voorbeeld hiervan is het                                                                       maken van een planning voor je toetsweek. 


Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Nakijken opdrachten
Volgende les: 
Lees de theorieteksten en maak af t/m opdracht 14

Slide 20 - Slide

Wat heb je deze les geleerd?
- Aan het einde van de les herkennen de leerlingen de tekstdelen inleiding, kern, slot.
  

- Aan het einde van de les herkennen de leerlingen signaalwoorden die een tegenstelling aangeven.

- Aan het einde van de les herkennen de leerlingen signaalwoorden die een voorbeeld aangeven.

Slide 21 - Slide

Lees tekst en maak opdracht 

(15 minuten)

Klaar? opdracht 

Slide 22 - Slide