1.
Vraagintroductie: inbrenger vertelt kort en beknopt;
(5 min)2. Probleemverkenning: de groep stelt vragen. Let op: open vragen stellen,
goed luisteren, samenvatten. Bevraag inhoud, relatie, werkwijze en/of gevoel; (10 min)
3. Probleemdefinitie: Alle groepsleden definiëren het probleem dat in hun ogen op tafel ligt. De inbrenger herdefinieert zijn vraag op basis van deze nieuwe definities. Zo komt de groep tot de kern van het probleem. (10 min)
4. Advisering: iedere deelnemer geeft minimaal één advies, de inbrenger
reageert. Wat spreekt aan en wat niet? (10 min)
5. Evaluatie: de groep evalueert het intervisieproces: hoe ging het en wat
heeft het opgeleverd? (5 min)