Onregelmatige werkwoorden
1 schrijven (imperfectum) Hij ............. een brief aan zijn moeder.
2 lopen (imperfectum) Wij ......... naar de bus.
3 winnen (perfectum) Zij mv .......... gisteren ...............
4 worden (presens) Ik .......... morgen 40 jaar.
5 opzoeken (perfectum) ........ je dat woord .............?