Alle elementen van de tekst bekijken en de eerste alinea lezen om een eerste indruk van de tekst te krijgen (onderwerp).
Het onderwerp van de tekst bestaat uit een of enkele woorden.
Slide 3 - Slide
Lezen H2
Structuur tekst
Een tekst bestaat meestal uit een inleiding, middenstuk en slot. In het middenstuk staat de meeste informatie.
Deelonderwerpen
In het middenstuk staan verschillende deelonderwerpen die afgeleid zijn van het onderwerp van de hele tekst. Lees de eerste en laatste zin van elke alinea om achter de deelonderwerpen te komen (globaal lezen).
Slide 4 - Slide
Lezen H3
Inleiding en slot
In de inleiding wordt het onderwerp geïntroduceerd en de aandacht van de lezer getrokken. In het slot (als dat er is) wordt de tekst samengevat of een conclusie gegeven.
Hoofdgedachte
Samenvatting van de tekst in een zin. Kun je terugvinden in de inleiding of het slot door precies te lezen. Soms moet je hem zelf formuleren.
Slide 5 - Slide
Lezen H4
Tekstverbanden
Alinea's of zinnen in een tekst hangen vaak samen door middel van verbanden. Je kunt deze herkennen aan de hand van signaalwoorden.
- Chronologisch verband: Tijdvolgorde
- Opsommend verband: Er worden dingen achter elkaar opgenoemd
- Tegenstellend verband: Tegenovergestelde zaken
- Toelichtend verband: Er wordt extra informatie of een voorbeeld gegeven