Donderdag 27 januari

Goedemorgen! 
Goed dat je er bent.
 
  • Maak je mobiel alvast klaar om in te leveren.
  • Pak je Chromebook en meld je aan voor de LessonUp van vandaag. 

1 / 47
next
Slide 1: Slide
MentorlesVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

This lesson contains 47 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Goedemorgen! 
Goed dat je er bent.
 
  • Maak je mobiel alvast klaar om in te leveren.
  • Pak je Chromebook en meld je aan voor de LessonUp van vandaag. 

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Slide 2 - Link

This item has no instructions

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

1e lesuur:
8.45 - 9.30
Nederlands

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Leerdoel
Tijdens deze les leer je hoe je jouw mening opschrijft. 

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Waar zou jij het liefste wonen en waarom?
1. In een stad
2. Op het platte land
3. Aan zee

Slide 8 - Open question

This item has no instructions

Slide 9 - Link

This item has no instructions

Welk antwoord maakt het argument duidelijker?

Tom vindt dat je geen kippenvlees moet eten, omdat het zielig is voor de dieren.
A
In kippenvlees zitten bijvoorbeeld vitaminen die goed zijn voor een mens.
B
Kippen leggen bijvoorbeeld bijna elke dag een ei.
C
Kippen leven bijvoorbeeld in veel te kleine hokken.

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Welk antwoord maakt het argument duidelijker?

Bayla vindt dat ‘gamen’ een schoolvak moet worden, want daardoor leer je goed samenwerken.
A
Als je elke dag gamet, dan kun je bijvoorbeeld veel beter Engels spreken.
B
Je moet overleggen als je bijvoorbeeld met een groepje een game speelt.
C
Op school krijg je ook andere vakken, zoals wiskunde en geschiedenis.

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Aan de slag!
timer
30:00

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

2e lesuur:
9.30 - 10.15
Wiskunde

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Leerdoel
Tijdens deze les leer je:
  • wat de begrippen vergrotingsfactor en factor betekenen;
  • werken met een omgekeerde pijlenketting;
  • de factor van een vergroting berekenen.

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Theorie

Het getal waarmee je alle lengtematen van een figuur vermenigvuldigt, noem je de vergrotingsfactor of factor. Je kunt een pijlenketting gebruiken om dit uit te rekenen. De vermenigvuldiging met de factor staat dan boven de pijlenketting. 

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Als een schaalmodel van een vliegtuig 2 meter lang is, en het vliegtuig in werkelijkheid 100 meter lang is, dan is de vergrotingsfactor van model naar echt . . .?
A
X 25
B
X 100
C
X 50
D
X 0,5

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Omgekeerde pijlenketing
Als je een afmeting van een schaalmodel of afstand op een kaart wilt berekenen, kun je een omgekeerde pijlenketting gebruiken. Je moet er dan wel om denken dat je dezelfde lengtemaat gebruikt voor en achter de pijlenketting (bijvoorbeeld cm of meters). 

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Stel je wilt eens zelfportret tekenen. Je weet dat jouw gezicht 25 cm lang is. Jouw portret moet 5 x zo klein worden. Welke berekening is dan juist?
A
25 X 5 = ?
B
5 + 25 = ?
C
25 : 5 = ?
D
5 : 25 = ?

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

De factor berekenen
Om de factor te berekenen moet je weten hoe vaak de originele lengte in de nieuwe lengte past. Hiervoor gebruik je een pijlenketting waarbij je het getal achter de pijl deelt door het getal voor de pijl. 

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag!
timer
30:00

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

3e lesuur:
10.30 - 11.15
Engels

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Leerdoel
I can use plurals and much and many in a sentence and I can write a few simple sentences about a city.

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Slide 23 - Link

This item has no instructions

Fill in the plural form of the word.

sheep

Slide 24 - Open question

This item has no instructions

Fill in the plural form of the word.

bus

Slide 25 - Open question

This item has no instructions

Fill in the plural form of the word.

shop

Slide 26 - Open question

This item has no instructions

Fill in the plural form of the word.

wolf

Slide 27 - Open question

This item has no instructions

Aan de slag!
timer
30:00

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

4e lesuur:
11.15 - 12.00
Geschiedenis

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Slide 30 - Video

This item has no instructions

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Slide 32 - Video

This item has no instructions

In het woord militarisme herken je het woord 'militair'. Dat is een ander woord voor ..........

Slide 33 - Open question

soldaat
Wat is militarisme?

Slide 34 - Open question

This item has no instructions

nationalisme
nationalisme
militarisme
nationalisme
militarisme

Slide 35 - Drag question

This item has no instructions

Aan de slag!
timer
30:00

Slide 36 - Slide

This item has no instructions

5e lesuur:
12.30 - 13.15
Biologie 

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Slide 39 - Slide

This item has no instructions

cholesterol
trombose
slagaderverkalking
dierlijke voedingsmiddelen

Slide 40 - Drag question

This item has no instructions

cholesterol
bloedvatwand

Slide 41 - Drag question

This item has no instructions

Aan de slag!
timer
30:00

Slide 42 - Slide

This item has no instructions

6e lesuur:
13.15 - 14.00
BeVo


Slide 43 - Slide

This item has no instructions

14.00 - 14.30
SoVa/Burgerschap/LOB/Ontspanning

Slide 44 - Slide

This item has no instructions

Slide 45 - Slide

This item has no instructions

Slide 46 - Slide

This item has no instructions

Afsluiting

Slide 47 - Slide

This item has no instructions