Wat: Paragraaf 1.7 opdr. 1 t/m 4
Hoe: Eerste 5 minuten stil en zelfstandig, geen vragen (rood). Daarna mag je zacht overleggen met je buur. Heb je een vraag, steek dan je hand op (oranje).
Tijd: tot 10:00
Klaar?: Kijk of je nog opdrachten van vorige paragrafen
moet afmaken of kom bij mij voor keuzewerk.