BK2 Les 3: Verschillen in procenten

• Economie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Inloop

-Ga op je eigen plek zitten (plattegrond)

-Pak en zet je spullen op tafel

Spullen nodig voor vandaag:

-Pen

-Rekenmachine

Met hoeveel procent stijgt je minimumloon eigenlijk?

Les 3

Verschillen in procenten

Lesplanning

Lesdoel: 

Terugblik: koopkracht                                             (5min)

Voorkennis:                                                                  (5min)

Instructie: Verschillen in procenten                 (10min)

Begeleid inoefenen: Bordvraag                          (5min)

Zelfstandig oefenen: Werkblad                          (15min)

Huiswerk: Werkblad

Evaluatie:                                                                        (5min)

Lesdoelen

Ik kan percentage verschillen in inkomens berekenen

Ik kan verschillen in percentages berekenen met de hulp van de formule: (nieuw - oud) : oud x 100%

Terugblik

Zet de begrippen bij de juiste uitleg op het werk blad

Opdracht 1

Stijging van prijzen

Hoeveel goederen en diensten je kan kopen

Hoe goed je voelt

Hoe rijk je bent

Hoeveel geld je verdient

Inflatie

Koopkracht

Welvaart

Nominale inkomen

Welzijn

Voorkennis

Er is sprake van inflatie over veel producten

Over wat klaagt deze mevrouw?

Hoeveel is de prijs van kaas in 2018  gestegen t.o.v. 2014?

1. €2,47 - €1,84 = €0,63
2. €10,98 - €9,24 = €1,74
3. €9,24 - €10,98 = € -1,74
4. €10,98 - €7,11 = €3,87

Instructie (1/3)

Formule:

Wat betekent deze formule?

​oud​​(nieuw−oud)​​⋅100

Met deze formule kunnen we verschillen in procenten berekenen.

Instructie (2/3)

Hoe doen we dat?

Stap 1: Bepaal wat het nieuwe en het oude getal is 

(nieuw = nieuwste of laatste getal. Oud = oudste of eerste getal)

Stap 2: Bereken het verschil (nieuw - oud)

Stap 3: Deel het verschil door het oude getal

Stap 4: Vermenigvuldig het getal met 100

​oud​​(nieuw−oud)​​⋅100

Instructie (3/3)

Voorbeeld:

Met hoeveel procent is de prijs van kaas 

in 2018 gestegen t.o.v. 2014?

Stap 1: Bepaal wat het nieuwe en het oude getal is (nieuw = nieuwste of laatste getal. Oud = oudste of eerste getal)

Stap 2: Bereken het verschil (nieuw - oud)

Stap 3: Deel het verschil door het oude getal

Stap 4: Vermenigvuldig het getal met 100

​oud​​(nieuw−oud)​​⋅100

Maak vraag 2 van opdracht 2. Met hoeveel procent is de prijs van aardappelen in 2018 gestegen t.o.v. 2016? Afronden op één decimaal.

​oud​​(nieuw−oud)​​⋅100

Zelfstandig oefenen

Maak nu de werkblad af. Je hebt 15 min om dit af te hebben. Je mag 

samen met je buurman of buurvrouw werken.

Klaar? Dan mag je een boek lezen of aan school werken

Huiswerk

Maak je werkblad af

Evaluatie

Wat vonden jullie van de les?

Wat vond ik van de les?

Wat kunnen we anders doen?

Lesafsluiting

Welke getal is nieuw en welke is oud?

Prijs van rijst in 2015 t.o.v. 2013

Prijs van eieren in 2011 t.o.v. 2008

Prijs van brood in 2012 t.ov. 2007

Volgende les: Internationale Armoede