2.3 Lezen

Welkom!

Neem rustig plaats en leg je boeken alvast op tafel
Nederlands
Maris College - Klas 3 - GL
Lezen
1 / 16
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 16 slides, with text slides.

Items in this lesson

Welkom!

Neem rustig plaats en leg je boeken alvast op tafel
Nederlands
Maris College - Klas 3 - GL
Lezen

Slide 1 - Slide

Vandaag!
  • Lesdoelen
  • ACTIVEREND LEZEN HERHALEN MET VOORBEELD ZINNNEN

Slide 2 - Slide

Lesdoelen
Aan het einde van de les kan je

  • informatieve teksten lezen;
  • • vaststellen of informatie objectief is;
  • • tekstdoel en tekstsoort herkennen;
  • • hoe een internettekst is opgebouwd

Slide 3 - Slide

Informatieve teksten
Heel veel teksten zijn informatieve teksten. Ze worden geschreven met het doel om de
lezer te informeren over een onderwerp. Vaak kun je aan de bron al zien dat je met een
informatieve tekst te maken hebt.



Slide 4 - Slide

Informatieve teksten
Een paar voorbeelden van informatieve teksten:
• nieuwsbericht: tekst uit krant waarin informatie wordt gegeven over een actuele
gebeurtenis;
• uiteenzetting: tekst waarin uitleg wordt gegeven over een onderwerp, bijvoorbeeld over
een onderzoek dat is gedaan; of over oorzaken en gevolgen van een probleem;
• interviewverslag: tekst waarin verslag wordt gedaan van een vraaggesprek;
handleiding: tekst waarin wordt uitgelegd hoe je iets moet doen of gebruiken.

Slide 5 - Slide

Objectieve informatie
Objectieve informatie is informatie waarin de mening van de schrijver geen rol speelt. Hij is neutraal, hij presenteert feiten.
Objectieve informatie vind je bijvoorbeeld in een encyclopedie als Wikipedia of in een nieuwsbericht. Als lezer verwacht je dat de informatie waar is of dat het echt zo is gebeurd.

Slide 6 - Slide

Tekstdoel en tekstsoort
Het doel dat de schrijver heeft met een tekst, noemen we het tekstdoel. Alle teksten met hetzelfde tekstdoel behoren tot dezelfde tekstsoort.
Veel teksten hebben meer dan één tekstdoel. Een advertentie wil je bijvoorbeeld overhalen tot iets, maar geeft je ook informatie. Er is altijd één tekstdoel het belangrijkste.

Slide 7 - Slide

Aan de slag!

Slide 8 - Slide

Afsluiting

Slide 9 - Slide

Welkom!

Neem rustig plaats en leg je boeken alvast op tafel
Nederlands
Maris College - Klas 3 - GL
Lezen

Slide 10 - Slide

Vandaag!
  • Lesdoelen

Slide 11 - Slide

Lesdoelen
Aan het einde van de les kan je

  • informatieve teksten lezen;
  • • vaststellen of informatie objectief is;
  • • tekstdoel en tekstsoort herkennen;
  • • hoe een internettekst is opgebouwd

Slide 12 - Slide

Opbouw van internetteksten
Internetteksten hebben voor een deel andere kenmerken dan papieren teksten. Zo staan in veel internetteksten links. Als je erop klikt, word je doorgestuurd naar een andere webpagina.

Voorbeelden van veel voorkomende links:
• gemarkeerde/onderstreepte stukjes tekst;
• items in een menu;
• een knop die je moet aanklikken (bijvoorbeeld: verzend);
• een veld dat je moet invullen (bijvoorbeeld een zoekvenster)

Slide 13 - Slide

Opbouw van internetteksten
In digitale naslagwerken, zoals Wikipedia, zijn de links vaak termen waarover op een andere pagina uitleg wordt gegeven. Een website kan interne en externe links bevatten. Interne links verwijzen naar een andere webpagina van de site. Externe links verwijzen naar andere websites.

Je klikt de link alleen aan als je:
1 de informatie nodig hebt om de tekst te begrijpen;
2 de informatie nodig hebt voor het antwoord op je zoekvraag.

Slide 14 - Slide

Aan de slag!

Slide 15 - Slide

Afsluiting
\

Slide 16 - Slide